woensdag 8 oktober 2025

De bedrijfsvoetbalploeg van Francart

Op de nieuwe website van het archief van de stad Tongeren-Borgloon vonden we enkele interessante foto's. Onder andere deze: de voetbalploeg van steenbakkerij Francart.

De voetbalploeg van de steenbakkerij Francart (Foto archief Tongeren-Borgloon)


Het hoeven niet altijd pannen te zijn en er moet niet altijd gewerkt worden. Tijd voor wat ontspanning dus. Heel wat bedrijven en bedrijfjes hadden destijds een voetbalploeg. Ook de Tuileries et Briqueries Notre-Dame, de steenbakkerij van Henri Francart in Tongeren

De bovenstaande foto is allicht gemaakt eind jaren '40, begin jaren '50, op een voetbalplein vermoedelijk aan de rand van de stad (inwoners van Tongeren herkennen misschien de achtergrond). Links op de foto staat Henri Francart (1882-1952), de fabrieksdirecteur. De ploeg bestaat uit elf spelers. Wie de man rechtsboven is, is niet duidelijk, de coach? Ook niet wat hij in zijn hand houdt, een medaille?

Bedrijfsvoetbal

'Fabrieksvoetbal' of bedrijfsvoetbal was een sport die erg populair was in de 20ste eeuw, waarbij werknemers van fabrieken tegen elkaar voetbalden. Fabrieksvoetbal was ook een uiting van de bedrijfscultuur, waarbij het voetbalteam van een fabriek diende als een uithangbord. Het bedrijfsvoetbal kwam overgewaaid uit Engeland, de bakermat van het voetbal, waar het al in de 19de eeuw bestond.

Het MIAT (Museum voor Industrie, Arbeid en Textiel) in Gent organiseerde enkele jaren geleden een expo genaamd 'Goal! Voetbal voor 't fabriek' om deze sport te belichten. 

Koninklijke Limburgse Bedrijfssportbond 

In elke provincie bestond destijds een bedrijfsvoetbalfederatie, dus ook in Limburg. De Koninklijke Limburgse Bedrijfssportbond (KLBS) werd in in 1946 opgericht als Limburgs Coöperatief Sportverbond (LCS). Bij de eerste stichtende verenigingen waren blijkbaar Limburgia en Interelectra. In de jaren '80 werd het LCS omgevormd tot Limburgse Bedrijfssportbond (LBS). De organisatie bestond in 1996 vijftig jaar en heet dus vanaf dan Koninklijke Limburgse Bedrijfssportbond.  

 

dinsdag 7 oktober 2025

Op bezoek bij Steenbakkerij Membruggen

In het kader van het project ‘Park onder de pannen’ bezocht een groep geïnteresseerden uit Loksbergen op initiatief van het Regionaal Landschap Lage Kempen de Steenbakkerij Membruggen in Riemst. Wij gingen mee.

Steenbakkerij van Membruggen, verborgen achter de stapels ingepakte bakstenen (Foto Patrick Boucneau)

De ambachtelijke steenbakkerij van Membruggen werd opgericht door Emiel Partoens in 1947. Het is een stuk levend erfgoed. Steenbakker en kleinzoon Kristof Hex ontvangt ons en leidt ons rond met veel kennis van zaken (hij had eerst nog snel wat stenen uit de oven gereden).

Steenbakker Kristof Hex aan het woord in de oude ringoven (Foto Patrick Boucneau)


Ringoven

Oorspronkelijk werkte Emiel Partoens met een veldoven, maar in 1963 werd een kleine ringoven gebouwd. Het was allicht één van de (zo niet dé) laatst gebouwde ringovens in België. De ringoven werd achtereenvolgens met steenkool en gemalen steenkool gestookt. Sinds 2007 gebruikt men aardgas. In de loop van de jaren werd de ringoven ook omgebouwd van een traditionele oven met kleine toegangspoorten, groot genoeg om met een kruiwagen in en uit te rijden, naar een oven ingedeeld in vier zones met telkens een brede poort waar men met de heftruck naar binnen kan om de  stapels stenen in en uit te laden. Bij die verbouwing verdwenen ook de ‘bochten’ en werden het in feite twee lange gangen die onderling verbonden zijn. Omwille van de gasinstallatie werd de ‘zolder’ van het ovengebouw ook opengemaakt. De ringoven is intussen meer dan 60 jaar oud en moet regelmatig hersteld worden. Dat gebeurt tussen het bakken door. Ook de productie-installaties gaan al erg lang mee. 

Vandaag brandt de oven volgens onze gastheer al bijna dertig jaar onafgebroken. Het is overigens één van de twee laatste actieve ringovens in Limburg (de andere staat in Maaseik). 

De oude strengpers (Foto Patrick Boucneau)


Gas én steenkool

De volle bakstenen worden gemaakt met een eenvoudige strengpers. De roodbakkende leem is afkomstig van de eigen groeve vlakbij of van uitgegraven kelders op bouwwerven in de nabije omgeving.

De aanvoer van de leem vanuit een silo buiten het gebouw gaat via enkele walsen en loopbanden. Met de strengpers maken ze verschillende formaten van brikken. De vochtige brikken worden op wagentjes geladen en worden gedroogd in een lange droogkamer die ze verwarmen met de lucht die boven de oven wordt afgezogen. Dan stapelen ze de gedroogde brikken op vuurvaste stenen en elke stapel gaat vervolgens met de heftruck de oven in. Voor de het uitzicht van de typische veldovenstenen wordt gemalen steenkool tussen de ongebakken stenen gestrooid. Sommige types worden met zand of mergel bestrooid, voor donkere stenen wordt mangaan toegevoegd, voor gele stenen een ander mineraal.

Het bakken gebeurt bij 1060 graden. Een thermostaat stuurt de ventielen van de branders van de gasinstallatie. De branders worden in de oude stookopeningen geplaatst. De hele stookinstallatie schuift langzaam op, net als de verplaatsbare afzuigkappen aan de overkant van de ringoven. Via deze kappen worden door een centraal kanaal de rookgassen weggezogen. Zo blijft de oven permanent branden en worden de ongebakken stenen langzaam opgewarmd en de gebakken stenen afgekoeld.

Na het uitladen van de gebakken brikken worden ze op kwaliteit gesorteerd en op paletten gestapeld en in krimpplastic ingepakt.

De gasinstallatie boven op de oven en vooraan de afzuigkappen (Foto Patrick Boucneau)


Produceren voor Wienerberger

De verkoop van bakstenen verloopt via de baksteengroothandel in Vlaanderen en Nederland. Soms kunnen stenen voor een groter project worden geleverd, zoals momenteel in Utrecht. Er is geen echte verkoopstructuur of vertegenwoordiging. Mond-tot-mondreclame speelt een grote rol voor de lokale verkoop.

Opvallend is dat het bedrijf niet alleen produceert onder eigen naam, maar ook stenen maakt voor Wienerberger. Blijkbaar is deze multinational geïnteresseerd in de ambachtelijke brikken die blijkbaar niet in een grote industriële installatie te imiteren zijn.

Steenbakker Kristof Hex leidt ons rond met veel enthousiasme. Hij vertelt ook over de problemen die ze ondervinden: bij het zoeken naar geschikt personeel, met de toevoer van grondstof, de afzet van hun unieke bakstenen…

De toekomst van dit ambachtelijk bedrijf is erg onzeker. Enkele jaren geleden kreeg men een nieuwe vergunning ‘van onbeperkte duur’. Intussen worden de normen steeds strenger. Naast het hoge energieverbruik en de daaraan verbonden CO2-uitstoot is ook de uitstoot van stikstof een probleem.

We hopen dat dit unieke familiebedrijf nog lang kan blijven werken. We schreven al eerder over de problemen die dergelijke kleine ambachtelijke bedrijven ondervinden om te kunnen blijven bestaan. Het is belangrijk dat dergelijke bedrijven stenen kunnen blijven produceren onder meer voor restauratieprojecten en dat er daarom specifieke milieuregelingen worden uitgewerkt.

We danken steenbakker Kristof voor zijn rondleiding en voor het bezoek dat we mochten brengen (ook met dank aan de mensen van het Regionaal Landschap Lage Kempen).  

Ik maakte een reeks foto's tijdens het bezoek: https://photos.app.goo.gl/896UaKBQeryZVYsT9 

Verpakte bakstenen van Membruggen, rechts de stenen voor Wienerberger (Foto Patrick Boucneau)

Meer over het bedrijf op hun website: https://steenbakkerijen-van-membruggen.be/
Er staat ook een leuk filmpje op YouTube van de hand van Louis Vanheusden: https://www.youtube.com/watch?v=JJlGDvRn0sc. De film werd blijkbaar gemaakt toen er nog met gemalen steenkool werd gestookt.

 

Eindelijk goed nieuws uit Loksbergen?

Pannenfabriek Jorissen in Loksbergen (Halen) is een uniek stukje industrieel erfgoed. Jammer genoeg staan gebouwen en machines al jaren te vervallen. Ik schreef er al eerder over (namelijk in 2021, in 2022 en in 2023).

De panoven in Loksbergen (foto RLLK)
 

Ook al gaf de gemeente in 2021 de formele opdracht aan Arat Architecten voor de restauratie van de beschermde pannenfabriek, er is intussen nog steeds niets gebeurd. Het gemeentebestuur wil blijkbaar geen goedkeuring geven aan het architectenbureau om echt van start te gaan. Onbegrijpelijk vinden wij. We zijn immers weer vier jaar verder. Is dit de manier waarop Halen met zijn erfgoed omgaat?

Park onder de pannen

Gelukkig is er intussen ook goed nieuws. Het Regionaal Landschap Lage Kempen (RLLK) diende samen met de stad Halen een project in voor Leader, een Europees subsidieprogramma voor Plattelandsontwikkeling. Met het project ‘Park onder de Pannen’ werken de Stad Halen en het Regionaal Landschap Lage Kempen samen om de omgeving van de pannenfabriek te verbeteren.

Het Regionaal Landschap probeerde jaren geleden al eens het domein rond de pannenoven een meer natuurlijke inrichting te geven. Dat ging echter niet door. Intussen werd er tussen de historische resten van de pannenfabriek een ’opvallende’ moderne kinderopvang gebouwd en binnenkort komt er op de plaats van de verdwenen droogloodsen ook nog eens een omvangrijk nieuw schoolgebouw…

Hoe dan ook, het Leader-project werd intussen goedgekeurd. De stad Halen en het Regionaal Landschap willen op het domein werken aan 'meer natuur, aan erfgoedbeleving en aan ontmoeting'. Alle organisaties die op het domein van de oude pannenoven actief zijn, worden betrokken bij het project.

Vreemd is wel dat architectenbureau Arat, dat verantwoordelijk is voor de restauratie van de pannenoven, niet op de hoogte was van het project. Het blijft een erg dubbelzinnige situatie...
De mensen van RLLK werken nochtans met een open vizier. Een tijdje geleden had ik een fijne ontmoeting met hen en we blijven in contact over het project.

We zijn zeer benieuwd naar de realisatie van het Leader-project en hopen dat er eindelijk ook schot komt in de restauratie van de pannenoven. 



vrijdag 3 oktober 2025

Het 'système Francart' in de kerk van Bierbeek

Het plan was dat ik tijdens Open Monumentendag in september naar Bierbeek zou gaan voor een bezoek aan de Sint-Hilariuskerk, maar dat liep anders dan verwacht. Dankzij mijn goede vriend Liebrecht Saelen kan ik toch interessante nieuwe foto's laten zien.

Sint-Hilariuskerk van Bierbeek (VIOE, Kris Vandevorst, maart 2009)

De eeuwenoude Sint-Hilariuskerk van Bierbeek werd tussen 1906 en 1909 hersteld. Men verving toen ook het plafond van de middenbeuk van de kerk. De architect gebruikte daarvoor het zogenaamde 'systeem Francart'. Deze speciale holle keramische elementen werden meestal bevestigd aan een metalen draagstructuur. In Bierbeek werden de platte elementen blijkbaar tussen houten balken gemetst. 

In een artikel over een studie in het tijdschrift Relicta, uitgegeven door Onroerend Erfgoed, gaat het over de geschiedenis van de kerk in Bierbeek en over de dakstructuur. Op pagina 80 lezen we volgende voetnoot: "De tegels, 20 x 40 x 2,5 cm, dragen de stempelmerken francart en beersse. Het zijn producten van de steenbakkerij ‘S.A. des Briqueteries et Tuileries Saint-Joseph’ te Beerse bij Turnhout."
Blijkbaar ging het dus om holle keramische elementen uit het bedrijf van Francart in Beerse. Later zouden Sylvain en Henri Francart in Tongeren dezelfde producten blijven produceren. Het 'Système Francart' werd destijds in veel grote gebouwen gebruikt: scholen, fabrieken, kerken... 

Foto's uit het parochiearchief 

Dankzij mijn goede vriend Liebrecht Saelen, die op zoek ging in het Bierbeekse parochiearchief, kunnen we onderstaande foto's tonen. Die foto’s dateren van 2008. De eerste foto toont duidelijk de gebruikte keramische elementen met een formaat van 20 x 40 x 2,5 cm, zoals beschreven in het vermelde artikel. Op de andere foto's zie je meer details van het stempelmerk op de stenen. Je ziet duidelijk de aanduidingen 'FRANCART' en 'BEERSSE'. 
In de lastenboeken van de verbouwingen van 1900-1910 werd jammer genoeg geen bijkomende informatie gevonden. 

Opvallend is dat deze verbouwing tussen 1906 en 1909 plaatsvond met stenen die afkomstig zijn uit Beerse. Nochtans verhuisde Sylvain Francart al in 1907 naar Tongeren waar hij een nieuw bedrijf startte. Hij overlijdt in 1908. Zijn zoon Henri zet het bedrijf verder. Op het ogenblik van de verbouwing werden er dus blijkbaar nog producten met het merk 'Francart' van het bedrijf in Beerse verkocht, ook al was de fabriek intussen overgenomen. Mogelijk produceerde het bedrijf in Beerse nog onder de oude bedrijfsnaam en werd er samengewerkt met het nieuwe bedrijf van Sylvain of Henri Francart in Tongeren...

Foto van de holle keramische elementen, formaat van 20 x 40 x 2,5 cm (foto parochiearchief Bierbeek)
Stempelmerk op holle elementen 'FRANCART' (foto Parochiearchief Bierbeek)

Stempelmerk op holle elementen 'BEERSSE' (foto Parochiearchief Bierbeek) 

 



vrijdag 19 september 2025

Steenbakkers in Diepenbeek

Stilaan vinden we ook informatie over steenbakkers en pannenbakkers in gemeenten waarover we tot nu niets wisten. Zo vonden we eindelijk ook twee steenbakkers in Diepenbeek... 

De oudste vermelding vonden we in de Almanak van 1857. Daarin staat onder Diepenbeek een 'briquetier' vermeld, namelijk ene G. Grommen.

Meer informatie konden we voorlopig over steenbakker Grommen niet vinden, ook niet waar hij eventueel actief was. Een zoektocht in verschillende stambomen op Geneanet leverde ons twee mogelijke kandidaten op. Gerardus Grommen werd geboren op 25 augustus 1811 in Diepenbeek en overleed er op 17 maart 1883. Hij was gehuwd met Lucia Blocken. Een andere kandidaat is Willem (Guillielmus) Grommen. Hij werd in Diepenbeek geboren op 12 augustus 1822 en overleed er op 10 april 1874. Hij was gehuwd met Maria Anna Croux. Hopelijk vinden we snel meer aanwijzingen.

Harde klampsteen 

Recent vonden we op de website hetarchief.be in een oude krant 'De Onafhankelijke der Provincie Limburg' van 24 juni 1874 een kleine advertentie van 'den heer Huybrechts te Diepenbeek'. Steenbakker Huybrechts verkoopt op zijn steenbakkerij 'bij het dorp' de 'allerbeste harde klampsteen aan eenen zeer voordedeligen prijs'.

Advertentie in de krant De Onafhankelijke der Provincie Limburg van 24 juni 1874

Ook over steenbakker Huybrechts weten we voorlopig niets meer. We vonden verschillende mogelijke kandidaten in stambomen op Geneanet.

Joannes Wilhelmus Huybrechts werd in Diepenbeek geboren op 29 november 1804. Hij overleed er op 15 november 1890. Hij was gehuwd met Maria Christina Gijbels.

Een andere kandidaat is Lambertus Huybrechts (ook Houbrechts). Hij werd geboren op 2 november 1840 en overleed op 17 februari 1915. Hij was gehuwd met Digna Vanhex.

Onze beste kandidaat is evenwel Joannes Franciscus Huybrechts. Deze Huybrechts werd in Diepenbeek geboren op 10 juli 1845 en overleed in Tongeren op 29 januari 1925. Hij was gehuwd met Sidonia Lambert. Hij is in een bepaalde periode hoofdconducteur bruggen en wegen! Zo iemand wist misschien ook wel hoe je brikken moest bakken...

Op oude kaarten is in Diepenbeek niet meteen een aanduiding van een steenbakkerij terug te vinden... 

Wordt hopelijk vervolgd!


dinsdag 2 september 2025

Open monumentendag 2025


Open Monumentendag 2025 nodigt iedereen uit om met extra aandacht naar ons architecturaal erfgoed te kijken. De gevels, parken en gebouwen waar we op een normale dag gewoon voorbij lopen, zitten vol schoonheid en interessante weetjes. Onder de noemer ‘In stijl’ focust OMD25 onder andere op bekende en minder bekende architecten, bijzondere bouwstijlen, iconische gevels en de specifieke architectuur van kerken, militair erfgoed en parken en tuinen. 

Steenbakkers in Boom 

Wij zijn uiteraard geïnteresseerd in industrieel erfgoed en meer bepaald dat van steenbakkerijen en pannenfabrieken. Jammer genoeg is de oogst dit jaar erg mager. Allicht heeft dat ook met het thema te maken. In het programma vonden we enkel steenbakker 't Geleeg in Boom terug.

Industrieel erfgoed in Limburg 

Dichter bij huis, in mijn eigen provincie Limburg, zijn er dit jaar wel enkele interessante locaties te bezoeken als je interesse hebt in industrieel erfgoed.
Er zijn activiteiten in en rond twee historische mijnsites, nl. in Beringen en in Zwartberg.
Er is een voormalige brouwerij en een stroopfabriek waar je op bezoek kan. En dan is er ook nog een hele reeks watermolens, nl. in Kaulille, in Bocholt, in Opoeteren, in Neeroeteren (unieke zaagmolen!), nog eentje in Neeroeteren en een windmolen in Maasmechelen!

Sint-Hilariuskerk van Bierbeek (VIOE, Kris Vandevorst, maart 2009)

Francart in Bierbeek

Zelf ga ik misschien naar Bierbeek. In de eeuwenoude Sint-Hilariuskerk werd in 1910 het plafond van de kerk hersteld. Men maakt daarvoor gebruik van het zogenaamde 'systeem Francart'. Deze speciale holle keramische elementen werden meestal bevestigd aan een metalen draagstructuur. In Bierbeek werden de platte elementen blijkbaar tussen houten balken gemetst.
In een artikel over een studie in het tijdschrift Relicta, uitgegeven door Onroerend Erfgoed, gaat het over de geschiedenis van de kerk in Bierbeek en over de dakstructuur. Op pagina 80 lezen we volgende voetnoot: "De tegels, 20 x 40 x 2,5 cm, dragen de stempelmerken francart en beersse. Het zijn producten van de steenbakkerij ‘S.A. des Briqueteries et Tuileries Saint-Joseph’ te Beerse bij Turnhout."
Blijkbaar ging het dus om holle keramische elementen uit het bedrijf van Francart in Beerse

Vanaf 1907 bouwde Sylvain en Henri Francart in Tongeren een nieuwe fabriek. Daar zouden ze dezelfde producten produceren. Het 'Système Francart' werd destijds in veel grote gebouwen gebruikt: scholen, fabrieken, kerken... 

Er zijn tijdens OMD25 rondleidingen in de Sint-Hilariuskerk, maar het is me niet duidelijk of de stenen afkomstig van steenbakkerij Francart zichtbaar zullen zijn tijdens het bezoek... Wordt vervolgd.

vrijdag 29 augustus 2025

Feest bij steenbakkerij Schouterden in 1923

In het Belang van Limburg van een aantal jaren geleden vonden we een prachtige foto van het personeel van steenbakkerij Schouterden in Maaseik. De foto verscheen op de pagina '1000poot' in de reeks 'Uit de oude doos'.

Op de foto is het personeel duidelijk in feeststemming. Heel wat arbeiders hebben een wijnfles in de hand, schenken een glas uit en drinken er van. Op de foto ook heel wat vrouwen en kinderen, en baby's. Allicht mochten de families van de personeelsleden voor de gelegenheid mee op de foto. De meeste hebben hun 's zondagse kleren aan. Een persoon draagt klompen.

Op het bordje staat de datum vermeld, 21-7-1923, en 'Steenbakkerij Th. Schouterden - In't feest'. Sommigen hebben een werktuig in de hand (een houweel, de andere werktuigen herkennen we niet...) en de persoon vooraan in het midden een baksteen. Links en rechts zien we een paard. Het rechtse dier zou ook een muildier (een kruising tussen ezel en paard) kunnen zijn. Die werden vroeger veel als lastdier gebruikt. Er staat ook een hond mee op de foto.

Een nieuwe schouw

Theopiel Schouterden startte in 1908 met een veldoven in Het Hamont in Maaseik. In 1911 bouwt hij een ringoven. 
De schoorsteen bij de ringoven werd in 1923 gebouwd door de Nederlandse aannemer Peter Johannes Geelen (1895 -1964). Een aantal jaren geleden werd de gemetste schouw vervangen door een metalen exemplaar. De ringoven uit 1911 wordt vandaag nog steeds gebruikt. 

Steenbakkerij Schouterden (nu Wienerberger), de oude ringoven met links de nieuwe metalen schouw
(Foto: 'Maaseik, ontstaan van een grensstad')

Waarschijnlijk was de bouw van de schoorsteen in 1923 dus de aanleiding voor het feest. Of zouden ze samen de nationale feestdag hebben gevierd? Onwaarschijnlijk.

 

maandag 25 augustus 2025

De Limburgse keramische sector in 1871

Naar aanleiding van de grote internationale tentoonstelling in Londen in 1871 werd door de Belgische delegatie een rapport geschreven over de verschillende deelnemende sectoren en naar aanleiding daarvan ook over elke Belgische bedrijfssector. Zo ook over de grofkeramische sector in België.


In 1871 vond in Londen de jaarlijkse internationale tentoonstelling plaats. Die werd in South Kensington gehouden. Deze tentoonstelling volgde op de Grote Tentoonstelling van 1851 en de Internationale Tentoonstelling van 1862. Tijdens deze tentoonstellingen presenteerden bedrijven uit de deelnemende landen, waaronder België, hun assortiment met nadruk op nieuwe producten en uitvindingen.


De officiële Belgische delegatie publiceerde naar aanleiding van de tentoonstelling een uitgebreid rapport over de deelnemende Belgische sectoren en dus ook over de grofkeramische sector. 

Over deze bedrijfssector in Limburg lees je het volgende:

Il existe dans le Limbourg 40 briqueteries et tuileries, occupant 265 ouvriers, et donnant un rendement approximatif d'un demi-million de francs (50 millions de briques, etc. ); ces fabriques ne travaillent que pour les besoins de la province, à part celles qui sont établies, au nombre de 6, à Reckheim et à Mechelen, lesquelles, profitant de leur situation avantageuse le long du canal de Maestricht à Bois-le-Duc, exportent une partie de leurs produits en Hollande. 
Les tuileries limbourgeoises, dont les fabricats sont estimés, sont situées à Tongres, Haelen, Herck-Saint-Lambert, Reckheim, etc. 

Dit is de (vrije) vertaling:

Er zijn 40 steen- en dakpannenfabrieken in Limburg, met 265 werknemers en een productie van ongeveer een half miljoen frank (50 miljoen bakstenen, enz.); deze fabrieken werken uitsluitend voor de behoeften van de provincie, met uitzondering van de zes in Rekem en Maasmechelen, die, profiterend van hun gunstige ligging langs het kanaal van Maastricht naar 's-Hertogenbosch (de Zuid-Willemsvaart), een deel van hun producten naar Holland (Nederland) exporteren.
De Limburgse dakpannenfabrieken, waarvan de producten (het) hoog(st) worden ingeschat, zijn gevestigd in Tongeren, Halen, Sint-Lambrechts-Herk, Rekem, enz.

De 40 Limburgse bedrijven in 1871

Het is interessant om na te gaan op welke informatie deze gegevens gebaseerd zijn. Voor die periode beschikken we onder meer over cijfers uit de zgn. nijverheidstellingen namelijk van 1846, 1880 en 1896. Daarin werden per bedrijfssector o.a. het aantal bedrijven, de jaarlijkse productie en het aantal werknemers geregistreerd. In 1846 waren er volgens die telling 65 keramische bedrijven in Limburg; in 1880 waren er 80 bedrijven en in die van 1896, de meest gedetailleerde, telde men 22 pannenfabrieken en 92 steenbakkerijen. 
De zogenaamde Almanakken bevatten per gemeente de namen van steen- en pannenbakkers. In 1857 zijn er voor de opgenomen gemeenten 95 'tuilers' en 'briquetiers' vermeld, in 1866 109, in 1882 111, en in 1888 91. 
In de inventaris die Willem Driesen opstelde op basis van het primitief kadaster uit 1840 zijn voor Limburg 51 pannenbakkerijen opgenomen.

Het vermelde aantal van 40 steen- en dakpannenfabrieken is dus aan de lage kant en je kan je de vraag stellen hoe dit aantal tot stand kwam. Het is ook niet duidelijk over hoeveel steenfabrieken en hoeveel pannenfabrieken het gaat. 

Steenbakkerijen

Wat de steenbakkerijen betreft heeft men het in het rapport van 1871 enkel over Rekem en Maasmechelen die "een deel van hun producten naar Holland exporteren". Meer komen we in het rapport over de Limburgse steenbakkerijen niet te weten.
Volgens de nijverheidstelling uit 1896 zijn er 9 steenbakkerijen actief in Rekem en 3 in Maasmechelen. 
Op basis van de Almanakken van 1866 en 1888 komen we op 8 steenbakkers in Rekem en 5 in Maasmechelen.
  • Voor Rekem: 
    Beckers L., Col H., Humblé F., Kallen L., Ledoux F., Macors F., Paulussen frs. en Thoné P.
  • Voor Maasmechelen: 
    Akkermans L., Gorisen A., Hennoumont F., Herys J. en Smeets J.

Pannenfabrieken

Voor de pannenfabrieken vermeldt men een aantal gemeenten met bedrijven "waarvan de producten hoog worden ingeschat", namelijk Tongeren, Halen, Sint-Lambrechts-Herk en Rekem. Volgens de nijverheidstelling uit 1896 zijn er 5 pannenfabrieken in Tongeren, 2 in Loksbergen (nu Halen), geen in Sint-Lambrechts-Herk en 1 in Rekem.
Uit de inventaris van het primitief kadaster van 1840 kennen we 6 pannenfabrieken in Tongeren, geen in Halen, 1 in Sint-Lambrechts-Herk en 6 in Rekem.
In de Almanakken vinden we voor 1866: 6 pannenbakkers in Tongeren, geen in Halen, 1 in Sint-Lambrechts-Herk en 5 in Rekem.

Het zou dus samengevat kunnen gaan om volgende pannenfabrieken:

Waarom in dit overzicht geen sprake is van bijvoorbeeld Schulen of Bilzen weten we niet. De pannen van Schulen en Bilzen hadden immers ook een goede reputatie...

 

 

(Met dank aan Paul De Niel die ons op het spoor bracht van dit rapport uit 1871...)

woensdag 13 augustus 2025

Een pannenfabriek met een kerk

Over het bedrijf van de familie Francart publiceerden we al heel wat informatie. Interessant is dat directeur Henri Francart in de jaren '30 van vorig eeuw zelf een kerk bouwde voor zijn personeel. Dit kerkje was een echt uithangbord voor het bedrijf.

In de periode tussen de twee wereldoorlogen produceerde de pannenfabriek van Henri Francart naast hun bekende 'système Francart' (een systeem van keramische elementen voor daken en muren), vooral geglazuurde bakstenen. Directeur Henri was een diepgelovig man en het kerkje dat door hem in 1932 werd gebouwd op de rand van het bedrijfsterrein aan de Henisstraat in Tongeren, was een echt uithangbord voor de producten die door het bedrijf werden gemaakt.

Speciaal aan dit kerkje is dat het gebouwd werd met een stalen skelet. Dat was ook de manier waarop het 'Systeme Francart' werd gebruikt, namelijk keramische elementen die bevestigd werden aan een stalen structuur. De binnenafwerking van het kerkje bestaat volledig uit gekleurde bakstenen in diverse kleuren en modellen.

Kerk in opbouw in 1932. We zien de stalen structuur en achteraan de ruwbouw van de directeurswoning.
(Foto: familiearchief Francart)
Achteraan het kerkgebouw werd de directeursvilla toegevoegd. De laatste directeur van het bedrijf, nl. Jean-Marie Francart, woont er nog steeds. 

Zicht op de kerk en de directeurswoning vanaf het bedrijfsterrein begin jaren '50. 
Vooraan zien we in het midden Henri Francart (1882-1952) en links zijn zoon Sylvain.
(Foto: familiearchief Francart)
Begin jaren '60 werd de kerk uitgebreid, o.m. met een kapel voor de Heilige Rita. Sindsdien is de kerk ook een bedevaartsoord voor deze heilige. De plechtige inhuldiging kwam in de krant. In het artikel lezen we ook dat Henri Francart de kerk al in 1950 overdroeg voor de nieuwe parochie die in 1954 officieel werd opgericht. Blijkbaar werd het kerkje tot dan als een 'noodkerk' beschouwd.  

Het kerkje is een levende illustratie van de producten van het bedrijf van de familie Francart. De 'Pannen-en steenbakkerij Onze-Lieve-Vrouw' sluit in 1982 definitief de deuren en wordt vervolgens afgebroken. Het kerkje en de directeurswoning, evenals drie arbeiderswoningen worden behouden. Ook het 'nieuwste' gebouw van het bedrijf bleef overeind en wordt nog steeds gebruikt door schuttersvereniging Tongria. 

Een beeld van het interieur van de kerk (foto: Patrick Boucneau)

 

Unieke rondleiding in de Sint-Jozefskerk

Op zondag 7 december 2025 wordt door de toeristische dienst van de stad Tongeren-Borgloon voor de tweede keer een unieke rondleiding georganiseerd in deze Sint-Jozefskerk. Toeristisch gids Paul Denis vertelt het verhaal van de kerk (en het bedrijf van de familie Francart) onder meer op basis van onze informatie en een interview met Jean-Marie Francart, de laatste directeur van de pannenfabriek.

Praktische informatie:
Rondleiding op zondag 7 december, om 14 uur.
Parkeerplaats: parkeerterrein bij Henisstraat 20 te Tongeren.

Inschrijven via Visit Tongeren-Borgloon, info@visittongerenborgloon.be of 012 80 00 70

dinsdag 12 augustus 2025

Nog meer foto's van Steenbakkerij Vanheusden

Het is altijd fijn om reacties te krijgen op onze blog en onze nieuwsbrief. Naar aanleiding van de foto die we vorige keer publiceerden over de steenbakkerij van de familie Vanheusden kreeg ik een reactie van Paul Denis, geograaf en lid van de geologische werkgroep Geolim. 

Paul stuurde me twee foto's van de laatste veldoven die door Marcel en zijn zoon Michel Vanheusden in Piringen (Tongeren) werd gebakken. Dat was blijkbaar op 30 juni 1989. 

Op de foto's zien we de veldoven in opbouw. Onderaan is met gebakken stenen een basis opgebouwd die ook voor de luchttoevoer moet zorgen. Daarop komen lagen ongebakken stenen met telkens een laag (fijne) steenkool. Die steenkool staat klaar in grote bakken (paloxen).
De oven wordt aan de zijkanten dichtgesmeerd met leem of klei om de warmte en het vuur binnen de oven te houden. De oven is hier reeds aangestoken. Terwijl de oven al brandt wordt hij verder opgebouwd tot alle ongebakken stenen zijn gestapeld en de uiteindelijke hoogte is bereikt.

Zicht op de veldoven in opbouw met links een pallet met ongebakken stenen en een voorraad steenkool.
(Foto: Paul Denis)

Zicht op de veldoven in opbouw vanuit een andere hoek.
(Foto: Paul Denis)

Paul Denis bracht me ook in contact met Mara Vanheusden, een nicht van de laatste steenbakker. Ook zij stuurde me een foto door. 

Deze foto werd allicht op een ander ogenblik gemaakt. We zien onderaan een oven in opbouw die reeds werd aangestoken. Steenbakker Marcel Vanheusden strooit een volgende laag steenkool uit. Daarop zal de volgende laag ongebakken stenen gestapeld worden. Achter hem zien we een uitgebakken oven die al grotendeels afgebroken is. De droogloodsen staan hier links achteraan.

Steenbakker Marcel Vanheusden strooit de volgende laag steenkool uit. Achter hem een vorige oven.
(Foto: Mara Vanheusden)

Ik wil Marcel en Mara heel erg bedanken voor deze interessante foto's. Hopelijk kunnen we binnenkort nog meer informatie delen over deze voormalige steenbakkerij in Piringen.

 

zondag 6 juli 2025

Limburgse merken tussen 1880 en 1936

Tijdens onze zoektocht naar de pannenfabriek die pannen met het merk 'VTB' produceerde, verwees Willem Driesen ons naar een publicatie uit 1991, nl. 'Inventaris van merken in Limburg gedeponeerd tussen 1880 en 1936'. 

Merken en merknamen

Merken bestaan al eeuwenlang, de eerste officiële registraties zouden al in de middeleeuwen ontstaan zijn. De toenemende industrialisering en commercialisering leidden in de loop van de 19de eeuw tot meer overheidsreglementering. Zo voorzag de Belgische wet van 1 april 1879 in een algemeen kader voor de registratie van merken. Tot 1971 moest elke fabrikant of handelaar die een fabrieks- of handelsmerk wilde beschermen hiervan een model neerleggen bij de griffie van de Rechtbank van Koophandel. 

Bewaarde processen-verbaal zijn te vinden in de rijksarchieven. Veel processen-verbaal zijn echter verloren gegaan, maar afschriften werden overgemaakt aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken, nadien het Ministerie van Economische Zaken.  

Het archief van de Dienst Handels- en Nijverheidseigendom/Fabrieks- en handelsmerken van het Ministerie van Economische Zaken bleef bewaard en bestaat uit de geïllustreerde processen-verbaal van neerlegging van merken. Enkel de chronologisch geordende registers van fabrieks- en handelsmerken (1879-1970), die toegang geven tot de processen-verbaal, zijn integraal gedigitaliseerd.

Limburgse merken 

De merken die in Limburg gedeponeerd werden van 1880 tot 1936, werden geïnventariseerd en zijn ontsloten in het werk van A. Jacobs en R. Vandeweyer, "Merknamen. Inventaris van merken in Limburg gedeponeerd tussen 1880 en 1936", uitgegeven in Hasselt in 1991. Voor andere provincies gebeurde een dergelijke inventarisatie nog niet. Het is een omvangrijk losbladig werk van 192 pagina's met alle geïnventariseerde merken uit die periode. Je kan het momenteel online kopen bij De Slegte voor 75 euro.

Ik heb de publicatie kunnen inkijken bij een van mijn collega's van de provinciale Afdeling Erfgoed (bedankt Peter!). Op het eerste zicht zijn het vooral sigarenfabrikanten en jeneverstokers die hun talrijke merken registreerden. Dikwijls waren het prachtig geïllustreerde merknamen. 

Tongria 

Het aantal grofkeramische bedrijven in de inventaris viel erg tegen. Voor onze zoektocht naar het merk 'VTB' leverde het niets op. Wel vonden we het merk 'Impermo' van de Sint-Truidense familie Stultjens, niet eens een echt keramisch bedrijf, en het merk 'Tongria' van Tuileries en Briqueteries Notre-Dame, de pannenfabriek van de familie Francart. Het merk 'Tongria' werd blijkbaar geregistreerd bij de Rechtbank van Koophandel van Tongeren op 18 april 1924 onder het nummer 126.


'Tongria' was het merk waaronder het bedrijf van de familie Francart vanaf de jaren '20 heel wat producten verkocht: geglazuurde gevelstenen in allerlei vormen, holle elementen, vensterbanken... Later was het ook het merk van de holle welfsels die door het bedrijf geproduceerd werden.

Briefhoofd van het bedrijf Francart uit 1941 met vermelding van het merk 'Tongria'.

Dat het juist het bedrijf is van de familie Francart dat al in 1924 hun merk 'Tongria' registreerde, mag niet verbazen. Het waren in hun tijd erg innovatieve ondernemers die de wereld kenden. Ze publiceerden verschillende geïllustreerde catalogi en adverteerden actief in diverse kranten. Sylvain en zijn zoon Henri namen deel aan verschillende wereldtentoonstellingen en waren steeds op zoek naar naar betere productietechnieken. Vooral Henri dient heel wat aanvragen in voor patenten in binnen- en buitenland (Engeland, USA, Duitsland, Frankrijk, Denemarken...). 

Vandersanden

Ook vandaag de dag registreren grofkeramische bedrijven hun merken en handelsnamen, zij het nu op het niveau van de Benelux, Europees of internationaal. Kijk bijvoorbeeld in de database van het Beneluxburo voor de Intellectuele Eigendom naar de merken die door het Limburgse bedrijf Vandersanden werden geregistreerd.

 


zaterdag 5 juli 2025

Molen en voormalige pannenbakkerij in Elen te koop

Sinds kort staat de prachtig gerestaureerde windmolen van Elen (Dilsen-Stokkem) te koop. Het gaat om de windmolen en de bijhorende vakantiewoningen, waarvan enkele zijn ondergebracht in een voormalige pannenloods.

We schreven al eerder een stukje over deze interessante pannenfabriek die gelegen was aan de voet van windmolen 'De Hoop'. De pannenfabriek was actief van ongeveer 1870 tot 1930.

De eigenaar Dirk Peusens verkoopt nu de molen en de bijgebouwen omdat hij in Oost-Vlaanderen woont en het project graag overdraagt aan iemand anders. 

Dirk Peusens bij de molen en de pannendroogschuur die tot vakantiewoningen zijn ingericht. 
Foto: Mark Dreesen - Het Belang van Limburg

In het Belang van Limburg doet hij zijn verhaal. Dirk Peusens groeide op in Heppeneert. Windmolen De Hoop stond naast zijn ouderlijke woning op grondgebied Elen. Op zijn 21ste kocht Dirk de molen, waarvan hij de wieken nog nooit had zien draaien. Dat was in 2001. “Ik kocht de totaal vervallen windmolen om ze op te knappen en de bergmolen weer maalvaardig te maken”, zegt Dirk. “Mijn echtgenote Karin Boers en ik houden van maatschappelijke projecten en samen met de inwoners van Elen hebben we de windmolen opgeknapt via een vzw. Heel veel mensen hebben meegewerkt aan de renovatie.” Later verbouwde hij ook de voormalige pannenloods tot twee vakantiewoningen.

Het domein met de maalvaardige windmolen staat te koop voor 720 000 euro.

Je kan de activiteiten in de molen volgen via zijn Facebook-pagina.

Foto van de molen (met de molenaar) en de pannenoven (helemaal links) uit 1905, 
met de pannenbakkers en hun materiaal, de familie en allicht ook de eigenaars (rechts)

 

vrijdag 27 juni 2025

Raadselachtige dakpannen... uit Bree!

Onlangs kreeg ik van mijn 'pannenvriend' Huub Mombers de vraag of ik een idee had waar dakpannen met het merk 'VTB' vandaan zouden kunnen komen. Het werd een speurtocht waarbij ik bij heel wat mensen informeerde en uiteindelijk de bevestiging kreeg van wat we al van in het begin een beetje vermoed hadden...

De kruispan van Huub
Ik had wel wel eens eerder pannen met het merk 'VTB' gezien op tweedehandssites, maar ik dacht altijd dat ze van een of ander Kempisch bedrijf afkomstig waren. Toen Huub me uitdrukkelijk de vraag stelde of ik niet wist waar deze kruispannen vandaan kwamen ging ik actief op zoek. Huub vermoedde immers dat het, omwille van het formaat, Belgische pannen waren. Hij had immers ook pannen van het type 'tuile du nord' met het merk 'VTB' in zijn bezit. Deze pannen waren afkomstig uit Dilsen-Stokkem...

Navraag bij heel wat kenners leverende weinig op (toch heel erg bedankt allemaal!). Wel was men er zo goed als zeker van dat het geen pan kon zijn uit de Kempen (Beerse, Turnhout...). Ook een inventaris van Limburgse merken gedeponeerd tussen 1880 en 1936 leverde niets op (wel een vermelding van het bedrijf Francart).

Limburgse pannen? 

Als je op tweedehandssites gaat kijken, blijken de pannen met het merk 'VTB' toch vooral in Limburg aangeboden te worden: Bree, Bocholt, Achel, Peer, Maaseik, Kuringen (Hasselt), ... Dat kon er op wijzen dat ons vermoeden (ook van Huub) juist kon zijn, namelijk dat het om pannen uit Limburg en meer bepaald uit Bree kon gaan. Dan kon het gaan om het bedrijf Van de Venne - Vandermeulen, ook wel Taxandria. Nochtans had ik van dat bedrijf tot nu toe alleen pannen gevonden waarbij de fabrieksnaam voluit werd vermeld...

Vermelding van de bedrijfsnaam 'Vandevenne et Vandermeulen Bree Belgique' op een zwarte muldenpan

 

Vermelding van de bedrijfsnaam 'Van-de-venne & Van-der-meulen Bree' op een rode kruispan

Raadsel opgelost

De oplossing kwam uiteindelijk uit Bree. Rik van de Konijnenburg, voorzitter van de stedelijke erfgoedraad van Bree, bevestigde dat 'VTB' stond voor Vandermeulen - Taxandria - Bree.

Raadsel opgelost dus. Alleen zouden we graag nog de materiële bevestiging vinden in de vorm van een factuur, folder of advertentie. Volgens Rik is ook een deeltje van het bedrijfsarchief in bewaring gegeven bij het archief van het stadsmuseum. Ik kan dus nog verder op zoek gaan naar meer informatie. Bovendien gaf hij me ook nog de contactgegevens van een van de afstammelingen van de familie Vandermeulen. 
Ik wil dus graag Rik heel erg bedanken voor zijn hulp! 

Pannenfabriek Taxandria 

Pannenfabriek Taxandria heeft een lange geschiedenis. De pannenfabriek (Taxandria, of ook Pannenfabriek Taxandria, Vandermeulen en Cie of Pannenfabriek Van de Venne & Vandermeulen) werd waarschijnlijk opgericht rond 1900. Oorspronkelijk startte ze rond 1840 op een andere locatie en werd later Pannenfabriek J. Van De Venne & Jos. Van Der Meulen.

Afbeelding van het bedrijf op een briefhoofd op de oorspronkelijke plaats, voor 1900.
Een interessant beeld van het bedrijf met vooraan het kanaal met een schip getrokken door een paard 
en een schip met rokende schouw, met allicht van een stoommachine

In het begin van de 20ste eeuw maakt men allicht enkel rode en 'blauwe' sluitpannen. Na de eerste wereldoorlog werd een ringoven gebouwd en de productie gebeurde nu bijna uitsluitend mechanisch. Dat zorgde voor een grote productietoename. Vanaf 1932 ging men ook (opnieuw) bloempotten produceren. De productie daarvan bleef lange tijd een belangrijk deel van de activiteit.
Tijdens de tweede wereldoorlog werd het bedrijf zwaar beschadigd. De machines zelf bleven blijkbaar gespaard en men kon met eigen kapitaal snel weer opstarten.

Het bedrijf produceerde diverse types dakpannen. Uit een advertentie uit 1927 komen we te weten dat het bedrijf, behalve kruis- of Bouletpannen, ook Leforest- of Kortrijkse pannen, Mulden-, Noord- en handpannen produceert en uiteraard alle bijkomende types en benodigdheden. De verzending van de bestelde pannen gebeurt zowel per trein als per schip! In een artikel uit 1952 wordt vermeld dat het productieprogramma bestaat uit 'rode en verglaasde pannen, dubbele sluitingen in veschillende modellen, alle mogelijke hulpstukken voor het bouwbedrijf en tenslotte bloempotten'.

In de jaren '50 legt men zich (of een nevenbedrijf) ook toe op 'kunstceramiek': sierpotten, vazen, schotels enz. Dakpannenfabriek Taxandria sloot de deuren in de zestiger jaren. 

Het bedrijf Taxandria in de jaren '50 (foto uit een krantenartikel uit 1952)

 

zaterdag 7 juni 2025

Een nieuwe foto van steenbakkerij Vanheusden

Sinds kort staat de nieuwe website van het archief van de fusiestad Tongeren-Borgloon online. Voorlopig gaat het vooral om informatie van het Tongers archief die voordien ook al beschikbaar was. Toch vonden we enkele nieuwe documenten en foto's. 

Eén van die foto's is er eentje van Steenbakkerij Vanheusden uit deelgemeente Piringen die foutief als steenbakkerij Francart stond aangeduid. Uiteraard hebben we die fout meteen doorgegeven.

Steenbakkerij Vanheusden in Piringen (foto archief Tongeren-Borgloon)

De foto (uit de jaren '70) is gemaakt vanaf de straat, aan de toegang van het bedrijf. We zien vooraan de gestapelde (ongebakken?) veldoven, ongeveer vier meter hoog. Overal staan met plastic folie ingepakte paletten met bakstenen, klaar voor transport. Achteraan zien we de open droogloodsen en twee personenwagens. 

Vergelijk deze foto met de onderstaande foto uit 1986 die we kregen van Paul De Niel, voormalig conservator van het Ecomuseum en Archief van de Boomse Baksteen. Deze foto is gemaakt vanaf de andere kant, in de richting van de straat. De situatie aan de straatkant is bijna identiek... (Het 'uitsteeksel' dat zichtbaar is boven de gestapelde veldoven, lijkt, op basis van de andere foto, een hoge paal met verlichting te zijn.)

Steenbakkerij Vanheusden in 1986 (foto Paul De Niel)

Geen opvolging 

De steenbakkerij van de familie Vanheusden was een traditionele veldsteenbakkerij zoals de steenbakkerij Wagemans in Werm (Hoeselt) die vandaag, als enige in zijn soort, nog actief is.
De steenbakkerij was gelegen langs de Lankgracht in Piringen (Tongeren) vlakbij het voormalige station van Piringen aan de spoorlijn Tongeren-Sint-Truiden, het zgn. 'Fruitspoor'. Ze waren in 1985 op die locatie 20 jaar actief. Daarvoor werkten ze blijkbaar in Widooie.

In een krantenartikel uit 1985 hoopt vader Marcel (toen 55) dat zijn zoon Michel (27) hem zal opvolgen. Toch moet de steenbakkerij in de jaren '90 gestopt zijn. Steenbakker Marcel Vanheusden overleed in 2011.

(Met dank aan het Archief van de stad Tongeren-Borgloon). 

dinsdag 3 juni 2025

Bedankt Adriaan!

"Met diepe verslagenheid en grote droefheid melden wij u het overlijden van Adriaan Linters, onze medeoprichter, erevoorzitter en meer dan 47 jaar de drijvende kracht achter de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie (VVIA). Op zaterdag 31 mei is hij van ons heengegaan – moedig, vastberaden, en tot het allerlaatste moment trouw aan wie hij was."

Zo staat het overlijden van Adriaan gemeld op de website van de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie, de vereniging die Adriaan in 1978 oprichtte. "De man die de Limburgse mijngebouwen redde van de sloop", schrijft Het Belang van Limburg.

"Adriaan Linters was een man van visie, van principes en van actie. Hij was de stem die industriële archeologie in Vlaanderen en in Europa op de kaart zette, lang voordat het thema enige maatschappelijke erkenning kende en hij was een vurig pleitbezorger van industrieel toerisme. Hij was geen man van compromissen als het om erfgoed ging. Hij redde menig industriële gebouwen van sloop, verzamelde vergeten kennis over arbeid, en bracht generaties in contact met ons verleden dat niet mocht verdwijnen."

Ik heb Adriaan jammer genoeg nooit in levende lijve ontmoet. Ik heb hem wel regelmatig gemaild over mijn zoektocht naar Limburgse pannenfabrieken en steenbakkerijen. Hij reageerde altijd met concreet advies. Hij volgde mijn blog en gaf commentaar op mijn nieuwsbrief. Adriaan steunde mijn initiatieven voor het behoud van de pannenfabriek in Loksbergen.

Heel erg bedankt Adriaan! We gaan je erg missen! Hasta Siempre! Fins sempre!

 

Adriaan Linters tussen archiefstukken. © HBVL - Kurt Desplenter 

Meer over het werk en leven van Adriaan Linters:

- in Het Belang van Limburg
- in Het Nieuwsblad
- Op Wikipedia


donderdag 29 mei 2025

Genks Mariapark was ooit steenbakkerij

In het najaar van 2024 werd in Genk, achter het klooster van de paters Montfortanen, het zogenaamde Mariapark na renovatie officieel heropend. 

Het Mariapark is een speciaal geval. Het is gelegen achter het klooster van de paters Montfortanen aan de Mosselerlaan in Genk en het is een groot religieus ingericht park. Het werd in 1935 door de paters aangelegd en bleef tot nu in hun bezit. Na al die jaren werd het onderhoud steeds moeilijker en het park werd in het kader van de Genkse Burgerbudgetten opgefrist en opnieuw plechtig geopend.

Voormalige steenbakkerij Vanhengel

Het terrein waar het park zich bevindt was tot 1925 ontginningsgebied van de vroegere steenbakkerij Vanhengel. De familie schonk het gebied na de sluiting van de steenbakkerij aan de paters, zij het met voorwaarden. Zo moest er een toegang zijn voor het publiek en mocht er geen andere bestemming aan gegeven worden. De erfgenamen van de familie Vanhengel stonden erop dat het park blijft zoals hun grootouders dat gewild hebben. In 2015 wilden de Montfortanen het park schenken aan de stad. De stad zag er potentieel in als woonuitbreidingsgebied, maar door de voorwaarden verbonden aan de schenking ging dit niet door...

Steenbakkerij Vanhengel: kleiwinning met waterput, drooghallen, machinegebouw en ovengebouw (1925)


De familie Vanhengel gebruikte op die locatie de 4 meter dikke kleilaag die zich onder een 1,5 meter deklaag bevond. De gebruikte klei is geologisch gezien afkomstig van een grote zgn. kleilens tussen het Zutendaalgrind. Het is om die reden dat het park een stuk lager ligt dan de omgeving...


Het verhaal in Het Belang van Limburg van 15 oktober 2024:

(Bron: Het Belang van Limburg)


Welkom!

Een Limburgse inventaris!?

Een inventaris van 'alle' Limburgse panovens, pannenfabrieken en steenbakkerijen? Allicht onbegonnen werk... In elk geval wil ik m...