zondag 26 december 2021
Bij een nieuw jaar...
We wensen jullie graag een nieuw jaar met een goede gezondheid, vol interessante ontdekkingen en fijne ontmoetingen!
We hopen dat we hier regelmatig nieuwe verhalen kunnen vertellen en dat we zo een beetje kunnen bijdragen aan de kennis over de pannenfabrieken en steenbakkerijen in onze provincie en daarbuiten!
Een fijn 2022! - Patrick Boucneau
Een mooi kerstcadeau!
Willem Driesen uit Sint-Truiden bezorgde ons (en jullie) nog een mooi kerstcadeau (Nog eens bedankt, Willem!). Bij het inventariseren van het archief van Sint-Truidens architect Moers (+1940) vond hij een paar folders van de Tuileries et Briqueteries Notre-Dame in Tongeren.
Eén van de folders 'Applications de sous-toiture Tongria - Système Francart des Tuileries et Briqueteries Notre Dame Tongres' bevat een prachtige 'uitklapplaat' van dit industriële bouwsysteem. De afbeelding toont hoe de keramische elementen van verschillende afmetingen in combinatie met stalen elementen gebruikt worden voor de constructie van industriële daken.
Er zijn weinig industriële gebouwen bewaard gebleven waar dit bouwsysteem ook zichtbaar is. Een van de gebouwen waar je een dergelijk systeem kan toegepast zien, is Kringloopwinkel Okazi in Hasselt. Momenteel weten we niet zeker of het over het systeem Francart gaat, maar het lijkt er in elk geval sterk op.
(Klik op de afbeelding voor een groot formaat) |
donderdag 23 december 2021
Over patroonheiligen en feestdagen
Destijds hadden zowel parochies als ambachten en beroepen een patroonheilige. Zo ook de steenbakkers en de pannenbakkers. Maar om welke heilige ging het? En hadden de pannenbakkers en steenbakkers wel dezelfde heilige?
Vincentius van Zaragosa |
Eén of andere Vincentius?
In de overzichten van heiligen vind je meestal dat de Spaanse heilige Vincentius van Valencia (of Zaragoza) patroonheilige is van de rietdekkers en dakpanfabrikanten. Deze Vincentius zou gestorven zijn in 304. Zijn feestdag is 22 januari. Waarom hij precies patroonheilige is van de pannenbakkers is onduidelijk.
Maar er is ook nog een andere Vincentius, nl. Vincentius Ferrer. Deze heilige stierf in 1419 in Vannes (Fr). Hij was toevallig ook afkomstig van Valencia. Hij is patroonheilige van Valencia en ook van de huizenbouwers, dakdekkers, dakpanfabrikanten, houtbewerkers, loodgieters.
De pannenbakkers hadden dus de keuze uit twee heiligen met dezelfde naam. Zou dit in de sector bekend geweest zijn?
En blijkbaar waren deze heiligen ook geen patroonheilige van de steenbakkers.
Of is het Sint-Pieter?
Het lijkt dat de steenbakkers een andere patroonheilige hadden: Sint-Pieter, of de heilige apostel Petrus. Zelfs vandaag de dag nog wordt de feestdag van Sint-Pieter, 29 juni, in sommige steenbakkerijen gevierd. In veel verhalen en teksten wordt verwezen naar de feestelijkheden tijdens de naamdag van Sint-Pieter: "Zeker op de feestdag van Sinte Pieter, de patroonheilige van de steenbakkers, vloeide de jenever en het bier rijkelijk!"
Het lijkt er dus sterk op dat de pannenbakkers en de steenbakkers een andere patroonheilige hadden. Soms hadden bedrijven een eigen beschermheilige die ook in de bedrijfsnaam voorkwam zoals bij Tuileries et Briqueries Notre-Dame in Tongeren of Tuileries en Briqueteries St.-Joseph in Beerse.
Welke heiligen in de Limburgse steenbakkerijen zoal gevierd werden en hoe dat dan moest in bedrijven waar men zowel stenen als pannen bakte is niet duidelijk...
woensdag 22 december 2021
Een mooi oud aandeel (met linkje naar Limburg)
Wederopbouw
Het bedrijf Briqueteries de l'Yzer werd vlak na de de Eerste Wereldoorlog, in 1919, opgericht in het kader van de heropbouw van de Westhoek. We schreven daarover al eerder een stukje. Voor die heropbouw van de stukgeschoten dorpen en steden in de frontzone waren heel veel bakstenen nodig: naar schatting 6 miljard! Baksteenbedrijven uit het hele land produceerden dus niet alleen voor de heropbouw in de eigen regio maar ook voor de heropbouw van de Westhoek. In die context werden ook enkele Limburgse bedrijven opgericht, onder meer Nelissen (1921) en Vandersanden (1925).
Onduidelijke geschiedenis
Het bedrijf, S.A. Briqueteries de l'Yzer, met sociale zetel in Veurne, werd opgericht op 14 maart 1919 met een startkapitaal van 1.500.000 frank, verdeeld over 3000 aandelen van 500 frank. Bedrijfsleider was Hippolyte De Wit. De tekst op achterzijde van het aandeel geeft ons wat meer informatie over het bedrijf (de oprichtingsakte in het Staatsblad vonden we nog niet terug). De bedoeling was blijkbaar om in de regio van de Westhoek verschillende steenbakkerijen, pannenfabrieken en aanverwante bedrijven op te richten. Oprichter Hippolyte De Wit brengt bij de oprichting een aantal terreinen en concessies in die gelegen zijn in de omgeving van Nieuwpoort, Diksmuide, Ieper en Nieuwkerke (Heuvelland). Het was de bedoeling om op al deze plaatsen een steenbakkerij op te richten. Hij beschikt blijkbaar bij de oprichting ook reeds over de nodige contracten en licenties.
Er zouden binnen de onderneming in het totaal 8 steenbakkerijen actief zijn geweest. Een van de steenbakkerijen werd gebouwd in Veurne, ten oosten van het station, daar waren al eerder steenbakkers actief. De huidige Brikkerijstraat verwijst naar die locatie. De kleiontginning zorgde er voor grote putten die later door de Veurnse suikerfabriek als bezinkingsbekkens werden gebruikt. Ook in Pollinkhove had de firma een steenbakkerij waar de typische gele bakstenen gebakken werden. Over andere locaties vonden we tot nu toe geen informatie.
De onderneming kende door de wederopbouw vermoedelijk een sterke start en investeerde op de verschillende locaties in nieuwe steenbakkerijen. Toch ging het snel fout. Al in november 1924 werd het faillissement uitgesproken. Er was een verband met de Banque de l'Yzer, een belangrijk aandeelhouder van het bedrijf, die blijkbaar al die investeringen financierde, en hierdoor eveneens in faling ging.
Krantenknipsel 29 november 1924 |
Het is onduidelijk wat er na het faillissement precies gebeurde en welke steenbakkerijen van de groep werden verder gezet. Daarover vonden we voorlopig geen informatie. De steenbakkerij in Veurne bleef in elk geval actief tot na de Tweede Wereldoorlog.
Sociale woningbouw
Bedrijfsleider Hippolyte De Wit lag mee aan de basis van de sociale woningbouw in
Veurne en de oprichting van de sociale huisvestingsmaatschappij Habitations à Bon Marché de Furnes S.A.
(later de Veurnse Bouwmaatschappij). Tussen 1921 en 1925 bouwde deze maatschappij een eerste grote wijk van 154 woningen, die de aanzet zou
betekenen voor de Veurnse wijk Nieuwstad. Ook dit kaderde in de woningproblematiek na de Eerste
Wereldoorlog in de zwaar verwoeste Westhoek. De belangrijkste
aandeelhouders van de huisvestingsmaatschappij waren de nv's Yzer Entreprises et Constructions en Briqueteries de l’Yser. Beide ondernemingen werden bestuurd door Hippolyte De Wit. De steenbakkerij van Veurne leverde (uiteraard) ook de bouwmaterialen voor deze wijk. Wat de gevolgen waren van het faillissement van de Briqueteries is niet duidelijk...
Elektriciteitscentrale
In 1922 werd een van de gebouwen van de Veurnse steenbakkerij verbouwd tot elektriciteitscentrale. Het gebouw bestaat nog steeds en stond jaren lang leeg. Recent werd aangekondigd dat het verbouwd wordt naar appartementen met behoud van de voorgevel van het oude gebouw (zie: residentie Volta)
Residentie Volta, foto: Caenen |
Bronnen:
- Agentschap Onroerend Erfgoed 2021: Tuinwijk Nieuwstad (Veurne) (geraadpleegd op )
- Wonderlijkheden van de Wederopbouw in de Westhoek
donderdag 16 december 2021
Steenfabriek Nelissen 1937
Op de foto zien we het bedrijf van Alfons Nelissen-Haesen met opvallend veel droogloodsen en de grote ringoven. Links zien we de opslag van de leem. Links onderaan in een kleine afbeelding zien staat waarschijnlijk de woning van de directeur. Tot aan de bouw van de tunneloven en de droogkamers in de jaren '60 bleef dat allicht het uitzicht van het bedrijf.
Steenbakkerij Nelissen bestaat dit jaar 100 jaar. Maar dat wisten jullie al...
vrijdag 10 december 2021
Over fabrieksschouwen en radiaalstenen
Enkele schouwen van Limburgse steenbakkerijen en pannenfabrieken (zie onderaan), |
Limburgse schouwen
Hoge schouwen waren ook een belangrijk kenmerk van onze Limburgse steenbakkerijen en pannenfabrieken. Destijds hadden alle bedrijven met een ringoven een hoge schouw. Schouwen waren ook nodig om de rook van de stoommachines af te voeren. Soms bleven die oude schoorstenen in gebruik, soms bleven ze als een monument bewaard. Zoals bij baksteenbedrijf Vandersanden. Die lieten hun schoorsteen restaureren en in 2018 werd er zelfs een kunstwerk bovenop geplaatst. De meeste moderne steenbakkerijen hebben door de verplichte rookgaszuivering geen behoefte meer aan een dergelijke hoge schouw en dus worden ze gesloopt (zoals bij steenbakkerij Schouterden in Maaseik).
De constructie van fabrieksschouwen is een vak apart. Nu blijven er nog weinig bedrijven over die daarin gespecialiseerd zijn. In België zijn onder meer nog de firma Frans Eyckmans en zonen uit Westerlo en Schoorsteenbouw Coornaert uit Deerlijk. Een bekende Nederlands bedrijf was dat van Peter Johannes Geelen (1895-1964) uit Neer. Hij bouwde in 1923 de schouw (30 m) van de ringoven van steenbakkerij Schouterden in Maaseik.Radiaalstenen
Oorspronkelijk werden meestal vierkante schouwen gebouwd. Dat kon met gewone bakstenen. Voor de typische ronde fabrieksschouwen had men speciale stenen nodig, de zgn. radiaalstenen. Naargelang de diameter (en dus de hoogte) hadden deze stenen andere afmetingen. Radiaalstenen werden maar door enkele steenbakkerijen geproduceerd. We vonden geen informatie terug over Belgische producenten ervan. Een bekend Nederlands producent was de firma Canoy & Herfkens in Tegelen. Dit bedrijf produceerde vanaf 1880 dergelijke stenen in een aparte afdeling van het bedrijf. Zij hadden ook een eigen ploeg schoorsteenbouwers in dienst.
Sinds het begin van de 20ste eeuw werden meer en meer betonnen schouwen gebouwd. De beschermde schoorsteen op de mijnsite van Zolder werd gebouwd in 1913 en is een voorbeeld van een vroege betonnen schouw.
Een overzicht van de nog bestaande schoorstenen van Limburgse bedrijven:
- Steenbakkerij Vandersanden, Kleine-Spouwen, Bilzen
- Pannenfabriek Jorissen, Loksbergen, Halen
- Gresbuizenfabriek Keramo, Hasselt
- Steenbakkerij Heylen, Veldwezelt, Lanaken (enkel onderste deel van de schouw)
- Steenbakkerij Nelissen, Kesselt, Lanaken
(we vermelden enkel gemetste schoorstenen)
Op de foto bovenaan (v.l.n.r.):
- Steenbakkerij Meulemans, Lanklaar, Dilsen-Stokkem (afgebroken)
- Steenbakkerij Heylen, Veldwezelt, Lanaken (enkel onderste deel van de schouw)
- Steenbakkerij Vandersanden, Kleine-Spouwen, Bilzen
- Pannenfabriek Belisia, Bilzen (afgebroken)
- Pannenfabriek Jorissen, Loksbergen, Halen
dinsdag 7 december 2021
Pannenfabriek Onze-Lieve-Vrouw in Tongeren had wel degelijk de eerste tunneloven van België!
Na wat opzoekingswerk zijn we nu zo goed als zeker: Henri Francart bouwde in Tongeren de eerste tunneloven van België!
Zowat een jaar geleden kwamen we in contact met twee afstammelingen van Sylvain en Henri Francart: Jean-Marie Francart uit Luxemburg en zijn naamgenoot en neef Jean-Marie Francart uit Tongeren. Hij was de laatste generatie die het Tongerse bedrijf leidde tot het in 1982 definitief sloot. Samen met hen schreven we het voorbije jaar de geschiedenis van deze unieke familie en hun bedrijven.
Een jaar geleden twijfelden we nog of de tunneloven van pannenfabriek Onze-Lieve-Vrouw wel de eerste kon zijn die in België werd gebouwd. Het belangrijkste bewijsstuk was een oud fotoalbum dat in de familie Francart bewaard bleef. Uit de notities bij de foto's zou blijken dat met de bouw van de tunneloven werd gestart in 1913, vlak voor de Eerste Wereldoorlog. Sylvain Francart overleed op 18 oktober 1908. Het is dus zijn zoon Henri die de tunneloven bouwt. Tijdens de oorlog lag het bedrijf zo goed als stil en ging de familie op de vlucht naar Engeland. De tunneloven werd pas na de oorlog, in 1922, afgewerkt en in gebruik genomen.
Het unieke verhaal van de familie Francart blijkt nauwelijks of niet bekend te zijn in de Belgische of Vlaamse literatuur over industrieel erfgoed, tenminste, voor zover we dit konden nagaan. De oudst bekende tunneloven die we in de litteratuur terugvonden is die van de steenbakkerij van de familie Ampe in Egeem-Pittem in 1924.
We hopen hierover binnenkort een uitgebreider artikel te kunnen publiceren.
Een van de spectaculaire foto's van de bouw van de tunneloven in 1913 (familiearchief Francart) |
Nog maar eens een prijs voor Vandersanden
Op 5 december viel baksteenproducent Vandersanden uit Bilzen nog maar eens in de prijzen. Samen met het bedrijf Dronematrix uit Diepenbeek won Vandersanden Steenfabrieken de 14de editie van Voka's Innovatieaward. Eerder dit jaar kreeg Vandersanden ook al de prijs voor het beste Limburgse familiebedrijf van het jaar.
De jury koos in de categorie grote bedrijven voor Vandersanden. De baksteenproducent ontwikkelde een systeem (het Robobrick systeem) waarmee het volledig geautomatiseerd steenstrips op prefabsystemen en wanden kan aanbrengen. Met deze prefab elementen kan er sneller gebouwd worden. In Nederland is dit een courante praktijk.
Met de gerobotiseerde productielijn kunnen op allerlei ondergronden zoals houtskelet, staalbouw, beton of isolatiemateriaal steenstrips aangebracht worden en dit met een snelheid van zo'n 2000 steenstrips per uur.
Vandersanden bracht ook nog het nieuws dat er plannen zijn voor een nieuwe strippenfabriek in Dilsen-Stokkem en voor de productie van gevelstenen die CO2 opnemen, door gebruik te maken van resten uit de staalindustrie.
Of hoe de keramische sector permanent vernieuwt en verandert...
Strippenrobot Robobrick bij Vandersanden (foto: Vandersanden) |
dinsdag 23 november 2021
Weg met de dakpan?
Losse zonnepanelen die boven op het dak worden gemonteerd, bestaan al lang. Al enige tijd waren er op de markt ook dakpannen te koop met geïntegreerde zonnecellen of zonnepanelen die geïntegreerd konden worden in een pannendak.
Nu is er een Nederlands bedrijf, namelijk Exasun, dat een samenwerking is aangegaan met Wienerberger en dat, onder de naam X-roof, volledige zonnedaken aanbiedt.
Het gaat om glazen zonnepanelen die rechtstreeks op het onderdak gemonteerd worden en zo het hele dak bedekken. Er zijn in feite geen dakpannen meer nodig. Ook de randafwerking gebeurt met glazen elementen.
Volledige dakoppervlakte zonnepanelen
Nu we omwille van het klimaatbeleid zoveel mogelijk hernieuwbare energie moeten gaan produceren met zon en wind, zou het kunnen dat er binnenkort wetgeving komt waarbij er geen beperking meer zal zijn op de stroom die je zelf mag produceren (nu is die limiet 10 kWP). Dat zou betekenen dat de volledige dakoppervlaktes van woningen gebruikt kunnen worden en dat zo'n integraal zonnedak standaard wordt. Het feit dat Wienerberger hiervoor een samenwerking aangaat, is veelzeggend. Misschien leidt dat er binnen enkele jaren wel toe dat we geen dakpannen meer zullen zien op nieuwe woningen...
maandag 15 november 2021
Het verhaal van een mislukte veldoven...
Destijds werden bakstenen in gestapelde veldovens gebakken. Bij het opbouwen werden tussen de lagen brikken dunne laagjes steenkool gestrooid. Bij deze manier van bakken had je altijd meer en minder gebakken stenen. Bij het afbouwen van de oven werden de stenen dan ook gesorteerd in verschillende categorieën.
Het bakken van zo'n veldoven kon ook wel eens helemaal fout lopen. Wanneer de oven vanbinnen te heet werd, en dus boven het smeltpunt van de klei steeg (normaal boven 1200°C), smolten de brikken gewoonweg aan elkaar. Dat was niet alleen een groot verlies, het was ook een hele klus om zo'n 'aaneengebakken' veldoven op te ruimen.
Foto van de 'mislukte' veldoven in Sint-Huibrechts-Hern tijdens Erfgoeddag in 2019 |
Tijdens een bezoek aan steenbakker Wagemans in Werm (Hoeselt) naar aanleiding van Erfgoeddag 2019, werd verteld over zo'n mislukte veldoven van de familie Poesmans die ergens in Sint-Huibrechts-Hern (Hoeselt) bewaard bleef. Na enig zoekwerk bleek Marc Gonnissen mij de juiste info te kunnen geven. Deze 'aaneengebakken' veldoven lag op een stuk grond in het centrum van Sint-Huibrechts Hern, tegenover de kerk. Een uniek stukje 'mislukte' baksteengeschiedenis...
Het perceel met de veldoven ligt langs een beschermde woning aan de Sint Hubertusstraat op nummer 5. De gestapelde brikken waren van op de straat nauwelijks te zien in het struikgewas. Op (vorige versies van) Google Streetview (2009) kan je nog stukje van deze steenoven zien.
Intussen is de oude veldoven blijkbaar helemaal opgeruimd, na het overlijden van de eigenaar van het perceel. Deze man, ene Tinus, zou samen met zijn broer, de steenbakker geweest zijn... Jammer genoeg ben ik dus niet snel genoeg ter plaatse gaan kijken...
De 'mislukte' veldoven, net zichtbaar achter de struiken naast de inrit (Bron: Google Streetview, 2009) |
De 'mislukte' veldoven, naast Sint-Hubertusstraat 5 in Sint-Huibrechts-Hern (Bron: Google Maps, 2009) |
Bronnen:
maandag 8 november 2021
Gezocht: onbekende steenbakkerij
Onbekende steenbakkerij (foto: PCCE) |
Deze week kreeg ik van mijn collega's van het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed een foto doorgestuurd uit de fotoverzameling van wijlen Bert Van Doorslaer. Het is een afdruk van een glasnegatief. De foto zou gemaakt kunnen zijn in de periode 1910-1920
Wat zien we? Een foto van een steenbakkerij, maar jammer genoeg zonder mensen. Het gaat duidelijk om een veldoven die gelegen is in een open gebied. Allicht een valleigebied. Het zou de Demervallei, maar evengoed de Maasvallei kunnen zijn. Je ziet grote oude populieren en populierenrijen en, als je inzoomt, knotbomen (linksachter) en lange rietkragen. Vooraan ligt een weg in kasseien met een onverhard pad er langs. Daarnaast een begroeide berm met allerlei bloeiende grassen (o.m. kropaar) en vermoedelijk een smalle gracht.
Het terrein van de steenbakkerij is mogelijk maar pas in gebruik genomen, misschien gaat het om een eenmalige productie tijdens het zomerseizoen. Vooraan staat een veldoven die volledig opgebouwd werd en reeds gebrand heeft en waarschijnlijk nog aan het afkoelen is. Rechts achter deze oven is er nog een stukje van een andere oven zichtbaar. Die lijkt wel al grotendeels te zijn afgebroken.
Op de voorgrond links een laag afdak (droogloods) zonder brikken of bakstenen, afgedekt met een dunne (metalen) golfplaat. Achteraan op het perceel staat er nog een. De gedroogde stenen zijn duidelijk allemaal verplaatst naar de gestapelde veldoven. Links liggen verspreid een aantal rieten matten die gebruikt worden om de drogende stenen te beschermen. Er staan ook drie kruiwagens. We zien stapels plankjes (of zijn het vlakke machinale dakpannen?) die vermoedelijk gebruikt werden bij het stapelen of beschermen van de ongebakken stenen.
Achteraan links lijkt het dat er een werktafel staat waar brikken gemaakt kunnen worden. Het is niet duidelijk waar de gebruikte klei vandaan komt. Achteraan lijkt ook een hoop zand te liggen. Zand werd gebruikt om de vormen te 'bezanden' voor de bol klei er werd in gedrukt.
Tips zijn welkom
Momenteel hebben we geen enkel idee waar deze veldoven gelegen was. Er zijn weinig of geen herkenningspunten op de foto. In de periode 1910-1920 werden er vermoedelijk nog veel veldovens gebruikt om brikken te bakken.
De locatie en de uitrusting lijken een beetje op de steenbakkers die in Linkhout (Lummen) in de Demervallei actief waren. Maar het zou even goed een veldoven in het Maasland kunnen zijn...
Wie tips heeft of weet om welke veldoven dit gaan, mag het ons altijd laten weten!
(mailen kan via patrick @ boucneau . be)
Steenbakkers in de Demervallei in Linkhout (Lummen) |
woensdag 3 november 2021
Interessante Limburgse straatnamen
Bij het inventariseren van de oude Limburgse panovens en steenbakkerijen valt het op dat die keramische activiteiten dikwijls hun naam hebben gegeven aan Limburgse straten.
De ruïne van de oude pannenoven in onze Pannestraat was het begin van onze uitgebreide lijst. De steenbakkerij van de mijn van Winterslag lag aan de Brikkenhovenstraat in Genk, de pannenfabriek Jorissen lag aan de Panovenstraat in Loksbergen en de straat waar steenbakkerij Eyben in Maasmechelen lag, heet nu gewoon Ringoven!
Het zoeken naar straatnamen die iets te maken hebben met kleiwinning en keramische activiteiten kan dus ook voor nieuwe locaties zorgen. Dat stond dus al lang op ons to-do-lijstje.
Onlangs ontdekte ik dat het oplijsten van al die straatnamen al gebeurd was. De Mineralogische Kring Antwerpen maakte een lange lijst met zowat alle 'mineralogische straatnamen' in Vlaanderen en begon intussen ook aan Nederland.
Limburgs lijstje
De Limburgse lijst vind je op deze pagina. Deze lijst levert heel wat bekende locaties op. Regelmatig wordt voor bepaalde locaties verwezen naar pannenovens of steenbakkerijen uit onze inventaris (waarvoor dank).
Er staan ook wel wat straatnamen tussen die ons nieuwsgierig maken. Dikwijls gaat het over veldovens of steenovens. Zo is er bijvoorbeeld een Veldhovenstraat in Bocholt. In die gemeente vonden we tot nu toe geen enkele pannenoven of steenbakkerij.
Tot nu toe waren we wat voorzichtig met het opnemen van veldovens in onze inventaris. Waarschijnlijk zijn er tientallen (tijdelijke) veldovens actief geweest in onze provincie. Op oude kaarten vindt men slechts nu en dan een verwijzing terug. Waarschijnlijk waren dat vooral steenbakkers die op die concrete locatie een lange(re) tijd actief waren. Die zijn zeker de moeite waard om te vermelden.
We zullen dus nauwgezet de lijst met straatnamen uitpluizen en de ligging ervan nagaan op oude (militaire) kaarten. Misschien kunnen we zo nog nieuwe pannenovens of steenbakkerijen toevoegen aan onze inventaris! We zijn in elk geval de vrijwilligers van de Mineralogische Kring Antwerpen erg dankbaar voor het zoekwerk!
dinsdag 2 november 2021
Historische foto's van de steenbakkerij in Ramskapelle
Bij het zoeken naar informatie over de geklasseerde schoorsteen van de oud steenbakkerij in Ramskapelle (Nieuwpoort) vond ik op de veilingsite Delcampe prachtige historische foto's van deze steenbakkerij en van de beschermde schoorsteen.
Als informatie bij de foto's stond vermeld: "glissée dans le carnet de note de G.Cresens, capitaine commandant du quartier général de la deuxième division d´armée".
De vergeelde foto's komen blijkbaar uit een (dag)boekje van een zekere G. Cresens, kapitein-commandant van het hoofdkwartier van de tweede legerdivisie. Het gaat om vier foto's uit een hele reeks over Ramskapelle van de zelfde fotograaf. Ze zijn gemaakt in september 1916!
De Tweede Divisie van het Belgisch leger bezette tijdens de oorlog het front vanaf het strand in Nieuwpoort tot in Sint-Joris aan de IJzer (6km).
Het zijn vier erg interessante foto's van de oude steenbakkerij en één ervan bevestigt het belang van de schoorsteen als uitkijkpost tijdens de Grote Oorlog.
Op de eerste foto staat de steenbakkerij in de verte gezien vanop de baan naar Wulpen. Links de drie lage schouwen, rechts de hoge schouw die als uitkijkpost fungeerde en bewaard bleef.
Op de tweede foto zien we de gebouwen met de hoge schoorsteen. Als bijschrift vermeldt de fotograaf: "La cheminée de la grande briquetterie troué par un dons allemand. Cette cheminée nous servait de poste d'observation", vertaald: "De schoorsteen van de grote steenfabriek doorboord door een Duitse schenking. Deze schoorsteen deed dienst als observatiepost". De fotograaf maakte zelfs een grapje over de Duitse schenking! Deze vermelding bevestigt dus het belang van de schoorsteen als observatiepost! Een uniek document.
Op de derde foto zien we (een deel van) de machinezaal. De foto is niet erg duidelijk. Het gebouw is blijkbaar al zwaar beschadigd. De machines allicht ook. Het zou kunnen dat het om steenpersen gaat, mogelijk drie revolverpersen, waarvan twee gekoppelde.
Op de laatste foto zien we de drie andere fabrieksschouwen van dichtbij. De twee rechtse schouwen zijn duidelijk rechthoekig. Op de voorgrond poseert een soldaat. Als bijschrift staat vermeld: "Les 3 cheminées et les fours de la grande briquetterie (Geldens)." Blijkbaar ging het om drie ovens. Hier wordt ook verwezen naar de oorspronkelijke oprichter, nl. de Nederlandse steenbakker Geldens uit Druten.
Bijzondere schoorsteen beschermd en toch bedreigd!
Foto: Agentschap Onroerend Erfgoed |
Foto: Agentschap Onroerend Erfgoed |
Onlangs maakte Vlaams minister Van Diependaele bekend dat deze observatietoren gedeclasseerd wordt. Onbegrijpelijk!
De schoorsteen werd al tijdens de IJzerslag als geïmproviseerde observatiepost gebruikt door Belgische artilleriewaarnemers. Na een beschieting door Duitse artillerie werd hij al in het voorjaar van 1916 met gewapend beton versterkt zodat hij als observatiepost kon worden gebruikt. Het is een uniek stuk erfgoed van de Grote Oorlog. Het is niet de enige resterende observatiepost, wel de enige bewaarde die in een fabrieksschoorsteen werd uitgebouwd. Bovendien maakten zowel de Belgen, de Britten als de Fransen gebruik van de toren.
Het is absurd dat deze schouw, die geklasseerd werd als monument in 1992 en werd aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed in 2009 nu, enkele jaren na de grootschalige herdenkingen van de Grote Oorlog gesloopt dreigt te worden.
Volgens de minister is er 'onvoldoende draagvlak' voor het behoud van deze unieke schoorsteen. Dat is helemaal belachelijk. In 2019 organiseerde de stad Nieuwpoort tijdens Open Monumentendag een uitgebreid bezoek aan de site (bekijk de filmpjes over de site: 1, 2 en 3). Nog in 2017 werd een uitgebreid beheerplan opgesteld en goedgekeurd door de Vlaamse administratie. De belangrijkste doelstelling was "het
in stand houden van de ruïneuze toestand van de schoorsteen/observatiepost met
de nadruk op consolideren i.p.v. restaureren". Hoe kan het dan dat men nu, nog maar 4 jaar later, deze unieke ruïne liever kwijt dan rijk is? Nadat de eigenaars de schouw jaren hebben laten aftakelen, vindt men nu het behoud als ruïne zelfs te duur? Blijkbaar willen nu ook de provincie West-Vlaanderen en de stad Nieuwpoort geen rol meer spelen in heet behoud van dit unieke monument.
Bezwaar indienen en petitie tekenen!
Sinds 6 november loopt het openbaar onderzoek dat de stad Nieuwpoort moet organiseren en kunnen bezwaren worden ingediend tegen de declassering. Op deze pagina vind je meer info over de pogingen die werden gedaan om het monument te behouden en wordt duidelijk dat de stad Nieuwpoort in feite een cruciale rol heeft gespeeld door het monument niet over te nemen van de eigenaars. Opmerkingen moeten worden ingediend bij de stad Nieuwpoort. Let op: het openbaar onderzoek loopt maar één maand!
Intussen loopt ook een petitie tegen de declassering. Zeker tekenen en delen!
In de regio groeit intussen het verzet zoals o.a. blijkt uit een nieuwsbericht van Focus/WTV. Hopelijk volgen er heel veel bezwaren tegen de declassering van dit uniek erfgoed!
Intussen vond ik op veilingsite Delcampe prachtige oude foto's van deze steenbakkerij uit 1916. Lees dit blogbericht hier.
Bronnen:
- Jan Huijbrecht
- Dominiek Dendooven, medewerker van het In Flanders Fields Museum in Ieper
zaterdag 23 oktober 2021
Over dakpannen en oesters
Het uitzetten van gekalkte dakpannen in de Spuikom van Oostende (Bron: Cagnet.be) |
Een weinig bekend verhaal: dakpannen speelden tot in het begin van de 20ste eeuw een belangrijke rol in de oesterteelt in België en Nederland! In een bepaalde periode was de verkoop van dakpannen aan de oestertelers zelfs vrij belangrijk voor de pannenbakkers in de Rupelstreek!
Oorspronkelijk werden oesters opgevist op de zogenaamde wilde banken. Later, in de loop van de 19de eeuw, ging men zich toeleggen op de cultuur. Om oesters te kunnen kweken moest men aan zgn. zaaigoed geraken: kleine jonge oesters.
Oesters planten zich voort in de maanden juli en augustus. De oesters laten dan oesterlarfjes of oesterbroed los in het zeewater. De larfjes zakken na enkele weken naar de bodem en hechten zich dan op harde materialen. Om die kleine oesters te verzamelen, maakten de oesterkwekers gebruik van zogenaamde collecteurs. Hiervoor werden in de 19de eeuw vooral met kalk ingesmeerde dakpannen gebruikt. Tegenwoordig gebruiken ze vooral mosselschelpen.
In de maand juli werden de gekalkte pannen in het water werden gebracht. In de herfst haalde men alle dakpannen op en werden ze opgeslagen in speciaal hiervoor aangelegde bewaarputten. In het voorjaar, in mei en juni, begon men met het afsteken van de jonge oestertjes van de dakpannen. Dankzij de kalklaag op de dakpannen kon dat redelijk gemakkelijk. De afgestoken oestertjes werden gesorteerd en tijdelijk in de oesterputten opgeslagen. Vervolgens konden de oesters verder opgroeien op kweek-percelen in de ondiepe zee. Na 3 à 5 jaar is de oester geschikt voor consumptie.
Jonge oesters van de pannen steken (Bron: zeeuwseankers.nl) |
Pannen uit de Rupelstreek
In Zeeland werd aan het eind van de 19de en het begin van de 20ste eeuw massaal gebruik gemaakt van dakpannen. Later nam dit gebruik sterk af omdat de oesterteelt het minder goed deed onder meer door ziektes. Het aantal uitgezette dakpannen varieerde van 20 miljoen in 1885 tot slechts twintigduizend in 1930.
Ook al gingen de gebruikte dakpannen verschillende jaren mee, toch werden er aan het eind van de 19de eeuw dus massaal pannen gebruikt voor de oesterteelt. Veel van die dakpannen kwamen uit de
pannenbakkerijen in de Rupelstreek, namelijk uit Niel en Boom. Er werd ook actief geadverteerd en sommige dakpanproducenten verkochten pannen die al in de fabriek bekalkt werden. Voor de oestertelers was dat bekalken jaarlijks een enorm werk waarvoor tijdens het seizoen telkens veel arbeiders werden gezocht.
Advertenties van Boomse pannenbakkers (Bron: Stichting Historie Grofkeramiek 2018) |
Op de website van Omroep Zeeland kan je een leuk filmpje bekijken over de geschiedenis van de oesterteelt. Er is een heel stuk over het afkrabben, kalken en plaatsen van de duizenden pannen in de Oosterschelde...
Bronnen:
- Wikipedia over oesterteelt
- Centrum Agrarische Geschiedenis over oesterteelt aan de Belgische kust
- Over de oestercultuur op Zeeuwse Ankers
- Nederlandse Oestervereniging
- Over de oestercultuur op Oosterscheldemuseum
- Coastalwiki over de Belgische oesterkweek
- Stichting Historie Grofkeramiek, augustus 2018, Nr 50
donderdag 21 oktober 2021
Welke toekomst voor de Pannenfabriek in Loksbergen?
Meer dan een jaar geleden deed ik een oproep naar de gemeente Halen om de Pannenfabriek Jorissen in Loksbergen beter te beheren en het kwetsbare industrieel erfgoed beter te beschermen. Ik maakte me ook ongerust over de geplande nieuwbouwprojecten nl. een kinderopvang, die toen al bijna afgewerkt was, en een nieuw schoolgebouw dat ook vlakbij zou worden gebouwd.
Ik kreeg toen een korte reactie van de bevoegde schepen dat men bezig was "met de volgende stappen in beheersplan te zetten" en "dat hij zou trachten me op de hoogte te houden van de verdere vorderingen."
Verder kreeg ik van geen enkele (overheids)dienst of organisatie een reactie...
Storende nieuwbouw
Op dat moment was de nieuwe kinderopvang op de site bijna klaar. Het opvallend witte (!) gebouw werd pal tussen het ovengebouw en wat overbleef van het machinegebouw ingepland. Volgens mij geen geslaagde manier om een erfgoedsite als dit op een hedendaagse manier te gebruiken. Bezoekers kunnen zich zo ook geen beeld meer vormen van de oorspronkelijke situatie... Maar soit. Het is mijn bescheiden mening maar. Zij hadden toch een positief advies gekregen van Erfgoed Vlaanderen voor hun 'bouwvergunning'. En die overheidsdienst waakt over het behoud van de kwaliteit van ons beschermde Vlaamse erfgoed.
Eén jaar later
Onlangs, op 10 oktober, een zonnige zondag, fietsten we nog eens naar Loksbergen. Mijn vrees bleek terecht. De witte kinderopvang was al lang afgewerkt en in gebruik genomen. Het gras was netjes ingezaaid en gemaaid... De oude pannenfabriek en wat overbleef van het machinegebouw lag er nog steeds bij als enkele jaren geleden. Erger nog. De unieke machines staan nu in weer en wind te roesten... Er was dus dat hele jaar niets gebeurd om de sitatie te verbeteren. Mijn hart bloedde. Deze pannenfabriek is uniek Vlaams erfgoed. Nergens in Limburg (uiteraard met mijn bescheiden kennis) bleven dergelijke persen (o.m. een revolverpers en een sledepers met de gipsen mallen!) bewaard. Nergens bestaan nog dergelijke paapovens.
Wettelijke bescherming niets waard?
Hoe is het mogelijk dat op deze manier met ons beschermd waardevol erfgoed wordt omgegaan? Deze oude pannenfabriek heeft een dubbele bescherming: ze is beschermd als monument sinds 1995 en als vastgesteld bouwkundig erfgoed sinds 2018. In 2019 werd een uitgebreid beheerplan opgesteld en goedgekeurd. Bij de bescherming in 1995 was de fabriek, die gesloten was sinds 1954, al erg vervallen. Toch werd het ovengebouw in die periode gerestaureerd en uitgebreid, toen ook al, met een kinderopvang en een aantal lokalen. Het machinegebouw kwijnde verder weg en werd in 1998 'voorlopig' afgebroken. De machines werden dan nog enigszins beschermd onder een afdak...
Op de website van Erfgoed Vlaanderen staan 55 foto's van de site. Interessant om te zien hoe intact de machines in 1995 nog waren...
Het vervolg
Ik stuurde dus opnieuw een mail naar de stad Halen en aan alle andere betrokkenen met mijn bezorgdheden en met de vraag om dit unieke erfgoed niet te laten teloorgaan en het conform het goedgekeurde beheerplan te bewaren, te restaureren en open te stellen voor het publiek.
De enige korte reactie die ik meteen kreeg was opnieuw van de bevoegde schepen dat hij me kon melden dat "... verleden week het bureau ARAT aangesteld is door schepencollege om de uitvoering van het beheersplan te begeleiden. In eerste instantie gaan wij ons op het voorbereidingsgebouw concentreren."... We zijn een jaar verder en blijkbaar is er dus echt nauwelijks iets gebeurd. We kunnen veronderstellen dat de corona-crisis een rol heeft gespeeld, maar toch...
Het gaat om hetzelfde bureau dat het beheerplan heeft opgesteld. Dat is alvast positief. Van het 'voorbereidingsgebouw' (of machinegebouw) met o.m. de kleipersen blijft weinig over. Of het op dezelfde plaats nog kan worden heropgebouwd is met de komst van de nieuwe kinderopvang zeer de vraag. Bekijk de onderstaande foto's en oordeel zelf.
Wordt vervolgd...
Pannenfabriek Jorissen 1995 (Erfgoed Vlaanderen) |
Pannenfabriek Jorissen 2009 (Archeonet) |
Pannenfabriek Jorissen oktober 2021 (Patrick Boucneau) |
Pannenfabriek Jorissen oktober 2021 (Patrick Boucneau) |
Pannenfabriek Jorissen, wat overblijft van het machinegebouw (Patrick Boucneau) |
woensdag 20 oktober 2021
Boek 100 jaar Nelissen Steenfabrieken
In 2021 bestaat Nelissen Steenfabrieken 100 jaar. Weinig bestaande keramische bedrijven kennen zo'n lange geschiedenis... We schreven over deze verjaardag al eerder op onze blog.
Op 8 oktober was het zover: het officiële verjaardagfeestje met alles er op en er aan. Uiteraard in aanwezigheid van een hele reeks belangrijke genodigden.
Naar aanleiding van de verjaardag verscheen ook het jubileumboek ‘100 jaar Nelissen’, geschreven door Xavier Lenaers. Het boek is geen gedetailleerde geschiedenis, wel een combinatie van een aantal relevante anekdotes uit de geschiedenis van het bedrijf, aangevuld met de 30 indrukwekkendste wereldwijde projecten (met stenen) van Nelissen, én de mooiste beelden uit het fotoarchief van het bedrijf en de familie.
De 'aftermovie' kan je bekijken op hun Facebook-pagina.
Uiteraard wensen we Nelissen Steenfabrieken proficiat met hun 100ste verjaardag en nog vele jaren!
(Foto: Website Nelissen Steenfabrieken) |
dinsdag 5 oktober 2021
‘Steenbakkerstunnels herontdekt’ is wandeling van het jaar!
‘Steenbakkerstunnels herontdekt’ is verkozen tot wandeling van het jaar in een wedstrijd van Toerisme Provincie Antwerpen. Deze wandeling door en langs steenbakkerserfgoed doorkruist Boom, Niel en Rumst en was een inzending van Toerisme Rupelstreek vzw.
De wandeling vertrekt aan De Schorre (een oude kleiput die wereldberoemd werd door Tomorrowland), loopt langs het beschermde dorpsgezicht Noeveren waar je de drie steenbakkerijmusea kan aandoen (’t Geleeg, EMABB en Museum Rupelklei). Onderweg wandel je langs een vijftiental tunnels die restanten zijn van de bloeiende baksteennijverheid.
Bij ons bezoek aan de site Fraiteur ('t Geleeg) in 2019 deden we een stuk van deze mooie wandeling. Het is geweldig hoeveel steenbakkerserfgoed in die omgeving bewaard bleef. De toestand van het erfgoed is een andere verhaal. Gelukkig wordt er geïnvesteerd in de restauratie en het behoud ervan, kijk bijvoorbeeld maar naar de restauratie van de ringoven van EMABB.
woensdag 15 september 2021
Hier wordt gewerkt! Een kinderboek over erfgoed!
ETWIE, de Vlaamse expertisecel voor technisch, wetenschappelijk en industrieel erfgoed. maakte een kinderboek!
In 'Hier wordt gewerkt' loodst men je aan de hand van kleurrijke prenten van illustrator Gunter Segers langs verschillende ateliers en werkplaatsen. De haven bruist van de bedrijvigheid. Zoemende spinmachines en kletterende weefgetouwen vullen de textielfabriek. Letter voor letter komt een boek in de drukkerij tot leven. Graan wordt gemalen. Broodjes worden gebakken. In de smidse is het lekker warm. De steenkoolmijn neemt je mee
onder de grond...
En... In de steenbakkerij zie je hoe bakstenen gemaakt worden....
Rokende ringovens, volle droogloodsen, arbeiders die bakstenen maken en uitdragen naar het tasveld, een diepe kleigroeve met baggermachines en vrachtwagen, een schip dat met bakstenen geladen wordt... Een prachtig plaatje. Duidelijk geïnspireerd door de situatie in de Rupelstreek.
Maar we hebben ook een klein puntje van kritiek: terwijl grote baggermachines de klei uitgraven in de kleigroeve, worden er nog volop met de hand bakstenen gemaakt... Het zou kunnen dat een dergelijke combinatie in de Rupelstreek nog lang bestond, elders was dat zeker niet het geval...
Uit een reactie van de auteur op ons artikel blijkt dat deze aanpak voor veel thema's werd gehanteerd om zo een breed verhaal te kunnen vertellen. Begrijpelijk, maar naar beeldvorming toch een beetje verwarrend...
Hier wordt gewerkt - kijk- en zoekboek doorheen ateliers
Hardcover, formaat 32x24 cm
Prijs: €15
(c) Gunter Segers en Uitgeverij Pelckmans, op initiatief van ETWIE
ISBN: 978-94-6383-305-9
dinsdag 31 augustus 2021
Tips Open Monumentendag 2021!
Op 12 september aanstaande is het weer Open Monumentendag. Het thema dit jaar is Inclusie. Er zit ook opvallend veel spoorwegerfgoed in het programma. Dat heeft uiteraard te maken met het Europees jaar van het Spoor!
Wij gingen opzoek naar het 'klei-erfgoed' in het programma. Een magere oogst dit jaar. Ook al werd er in de aanloop naar de Open Monumentendag een interessant filmpje gemaakt over Tomorrowland (!) en het arbeiderserfgoed van de steenbakkerijen in de Rupelstreek!
Wij vonden enkel de vermelding van het Museum Rupelklei in Terhagen (provincie Antwerpen). Zij besteden aandacht aan het kleisteken in de steenbakkerijen door de eeuwen heen.
Museum Rupelklei richt het vizier op een essentiële component van de baksteenproductie: klei delven en transporteren. Tot het begin van de 20ste eeuw veranderde er op technisch vlak weinig, maar dan ging het razendsnel. De intrede van de bagger maakte een einde aan het kleisteken met de spade. Het transport met paard en kar van de groeve naar de steenmaker, maakte plaats voor een netwerk van sporen waarop treintjes met kiepwagens de klei vervoerden. Nog later werden het transportbanden en nog later grote vrachtwagens. De transitie voltrok zich in minder dan honderd jaar. Ze wordt in het museum in beeld gebracht door video’s, foto’s, maquettes, een presentatie en een brochure. Een belangrijk stuk erfgoed komt terug tot leven.
Allen daarheen!
Nog een Limburgs extraatje: in Pelt kan je in het kader van het Europees jaar van het spoor gaan kijken naar de zogenaamde saxby seinhuisjes! Dat mag je als een toegeving beschouwen ;-)
Nieuwe foto van de steenbakkerij Koolmijn Beringen
Onlangs vonden we op de veilingssite Delcampe nog een foto van de steenbakkerij bij de koolmijn van Beringen. Eerder vonden we een gelijkaardige postkaart en een foto uit het archief van de provinciale dienst erfgoed PCCE.
De foto is uit een andere kijkrichting gemaakt dan de prentkaart die we reeds kenden. De periode is allicht dezelfde (vlak voor of kort na Wereldoorlog 1). Ook nu zien we rijen met drogende brikken, afgeschermd met rieten matten. Achteraan rechts staat een brandende veldoven te roken. Links achteraan staat een veldoven die waarschijnlijk nog in opbouw is, met er voor een groep arbeiders.
zondag 29 augustus 2021
Brikkenbakkers op de Luythegge
In Meeuwen 'op de Luythegge' waren leemkuilen en was er een veldoven in het begin van de 20ste eeuw. De 'briqueterie' staat vermeld op de stafkaart van 1904. Deze steenbakkerij stond reeds in onze inventaris, maar we vonden tot nu toe niet meer informatie.
De Geschied- en heemkundige kring van Meeuwen-Gruitrode schreef er in 2019 een stukje over in hun tijdschrift 'Reengenoten'. Ze publiceerden ook deze prachtige foto die we mochten overnemen (waarvoor dank)!
De steenbakkerij kwam aan bod in een artikel over de familie Jonckers-Coenen in Meeuwen. Arnold Lambert Jonckers (Reppel, 1869 - Ellikom, 1934) was gehuwd met Maria Elisabeth Coenen (Meeuwen, 1871 - Genk, 1963). Ze hadden 8 kinderen. De jongste zoon, Martinus Josephus Jonckers (1910 - 1993) staat met zijn ouders op de foto. Het gezin woonde in Meeuwen op de Luythegge, langs de weg naar Ellikom. De andere personen op de foto zijn niet bekend. Het lijken allemaal werklui te zijn. Ze zijn bezig een veldoven op te bouwen (de buitenzijde is nog niet afgewerkt met leem). We zien de gestapelde gedroogde brikken en de laagjes steenkool. In de manden zit allicht ook steenkool.
In het artikel wordt verder nog vermeld dat ere-voorzitter van De Reengenoten, Jean Bosmans, weet te vertellen dat zijn vader Martinus Bosmans (1911 - 1987), toen die jong was, in de Luythegge 'leim ging trèje' en dat ook andere jongens daarvoor werden ingeschakeld.
donderdag 26 augustus 2021
Oproep VVIA voor relicten keramische nijverheid: het Limburgse lijstje
De Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie (VVIA) neemt het initiatief om belangrijk erfgoed van de keramische nijverheid te (laten) beschermen. Ze wil hierover in de loop van de volgende maanden een rapport overhandigen aan de Vlaamse overheid.
De aanleiding voor dit initiatief is het onduidelijke lot van twee belangrijke steenbakkerijen in Vlaanderen, nl de steen- en buizenbakkerij Dumoulin in Wijtschate en de steenbakkerij Hove in Ninove. Die laatste is nog een actieve traditionele steenbakkerij, maar ze zou omwille van milieuredenen de deuren moeten sluiten. Ook in Limburg zijn er steenbakkerijen die door strengere milieuregels of hun kleinschaligheid in de toekomst zouden kunnen verdwijnen. We schreven hier al eerder een stukje over op deze blog.
Dat zo'n kwantitatieve en kwalitatieve inventaris echt nodig is, blijkt onder meer uit de intussen verdwenen schoorsteen van de steenbakkerij van de koolmijn van Winterslag die desondanks nog steeds in de inventaris stond!
VVIA wil de problematiek ruimer aanpakken en doet dus een oproep voor een brede inventarisatie. VVIA wil weten wat de toestand is van de beschermde sites en van de sites opgenomen in de vastgestelde inventaris. Bovendien is men ook op zoek naar relicten die (nog) niet beschermd zijn.
In Limburg?
Voor Limburg hebben we op basis van onze inventaris een voorlopig lijstje opgesteld. Het is opvallend dat er in onze provincie heel weinig erfgoed bewaard bleef, maar dat er wel nog enkele kleine familiebedrijven actief zijn en er ook nog twee (oude) ringovens in gebruik zijn.
Beschermd erfgoed en (mogelijk) relicten:
- Dilsen-Stokkem: Steenbakkerij Meulemans: nog bestaande directeursvilla?
- Halen, Loksbergen: Pannenfabriek Jorissen: beschermd ovengebouw en omgeving (inventaris)
- Hamont-Achel: Steenbakkerij Damen: woning
- Herk-de-Stad, Schulen: ruïne pannenoven en omgeving, Pannestraat (Inventaris)
- Eksel: panoven Aen de Welking, woning Beckers (Inventaris)
- Tongeren: Pannenfabriek Notre-Dame (Francart): kerkje (inventaris), woningen en bedrijfsgebouw (nu in gebruik als schietclub)
- Voeren: uitgebrikte gronden Voervallei (Inventaris)
Nog actieve bedrijven met (mogelijk) erfgoed:
- Bilzen, Kleine-Spouwen: Vandersanden (oude schoorsteen)
- Dilsen-Stokkem: Vandersanden
- Hasselt: Keramo (oude schoorstenen)
- Hoeselt, Werm: Steenbakkerij Wagemans (veldovens!)
- Lanaken, Veldwezelt: Steenbakkerij Heylen
- Lanaken, Kesselt: Steenbakkerij Nelissen (oude fabrieksmuur)
- Maaseik: Steenbakkerij Schouterden, Wienerberger (ringoven uit 1911!)
- Maasmechelen: Vandersanden
- Riemst, Membruggen: Steenbakkerij Membruggen (ringoven uit 1960!)
- Tessenderlo: Steenbakkerij Wienerberger
Omdat we nog maar weinig locaties uit onze inventaris ter plaatse bezocht hebben bestaat de mogelijkheid uiteraard dat er ter plaatse misschien nog nog relicten van oude panovens of steenbakkerijen bewaard bleven. Anderzijds weten we ook niet welke erfgoedwaarden er nog aanwezig zijn in de bestaande actieve steenbakkerijen. We hebben in elk geval enkele bekende aspecten vermeld. De twee nog actieve ringovens zijn zeker uniek in Vlaanderen!
Alle aanvullingen en suggesties zijn welkom. Op de website van VVIA kan je hiervoor een invulformulier downloaden.
Welkom!
Een Limburgse inventaris!?
Een inventaris van 'alle' Limburgse panovens, pannenfabrieken en steenbakkerijen? Allicht onbegonnen werk... In elk geval wil ik m...